Neuropsychologie 14. Flashcards

Neuropsychologie 14.

1
Q

Hoe wordt traumatisch hersenletsel gekenmerkt?

A

Letsel door geweld van buitenaf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat heeft het met kracht in aanraking komen met de binnenkant van het hersenweefsel als gevolg?

A

Kneuzing en scheuring van het hersenweefsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe kunnen de herstelfases van THL worden opgedeeld?

A

Acute (tot een maand), subacute (6 maanden) en de chronische fase.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wanneer is er sprake van geisolleerd hoofdtrauma?

A

Als iemand geen bewustzijn verliest.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de EMV-score?

A

De reactie van de patient spontaan, na aanspreken of na pijnprikkel getest en kan de ernst van de bewustzijnsstoornissen in kaart worden gebracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de PTA?

A

Posttraumatische amnesie, verbetering van bewustszijnstoestand, iemand kan nog wel verward, onrustig en moeite hebben nieuwe informatie op te slaan. PTA vindt vaak plaats na coma.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is amnesie?

A

Geheugenverlies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Als iemand zwaar THL heeft en de posttraumatische amnesie lang aanhoudt is er vaak sprake van?

A

Amnesie voor de periode van het ongeval, de zogenaamde retrogade amnesie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is retrogade amnesie?

A

Geheugenverlies van de periode voor het ongeval.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe wordt de posttraumatische amnesie gemeten?

A

Moment van ongeval tot het moment van helderheid en het kunnen opslaan van nieuwe informatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn twee indicatoren van het herstel van THL?

A

De PTA-duur en de EMV-score.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is primaire en secundaire hersenbeschadiging?

A

Primair, is celdood en celschade direct na het ongeluk, secundair is de schade die ontstaat uren tot dagen na het hersenletsel door bloedingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar is behandeling van traumatisch hersenletsel vooral in het acute stadium op gefocust?

A

Secundaire schade te voorkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is outcome?

A

De mate waarin er stoornissen aanwezig zijn en de mate waarin ze na verloop van tijd herstellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is diffuus axonaal letsel?

A

Ontstaat wanneer er wijdverspreide schade is aan de lange verbindingsvezels in de hersenen, de axonen. Deze schade kan ontstaan door een plotselinge versnelling of vertraging van het hoofd, zoals bij een auto-ongeluk of een val.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een axon?

A

Een zenuwvezel, ook wel axon genoemd, is een uitloper van een zenuwcel die elektrische impulsen doorgeeft en zo zorgt voor informatieoverdracht in de hersenen.

17
Q

Wat is een van de meest gedocumenteerde gevolgen van ernstig THL?

A

Vertraagd tempo van informatieverwerking.

18
Q

Wat is cognitieve controle en waar maakt het deel van uit?

A

Cognitieve controle is een verzamelterm voor mentale processen die nodig zijn voor doelgericht gedrag. Het vermogen om snel te stoppen en om het juiste gedrag te kunnen selecteren op basis van relevante informatie uit de omgeving, zijn hier voorbeelden van. (executieve functioneren).

19
Q

Wat zijn behaviors of concern?

A

Persoonlijkheidsverandering na THL.

20
Q

Welke stoornissen komen bij THL minder vaak voor?

A

Taalstoornissen en neglect.