Kapitel 7 Plauderecke B Flashcards
1
Q
In wat voor een huis woon jij?
A
In was fur einem Haus wohnst du?
2
Q
Hoeveel kamers zijn er in jullie huis
A
Wie viele zimmer gibt es in eurerem Haus?
3
Q
Hebben jullie ook een kelder?
A
Habt ihr auch einen Keller?
4
Q
Heb je een eigen kamer?
A
Hast du ein eigenes Zimmer?
5
Q
Hoe ziet je kamer eruit?
A
Wie sieht dein Zimmer aus?
6
Q
Hoe groot is je kamer?
A
Wie groB ist dein Zimmer
7
Q
Moet je je kamer zelf opruimen en schoonmaken?
A
Musst du dein ZImmer selber aufraumen und saubermachen
