Jongeren lonken naar het buitenland Flashcards
lorgner, regarder avec envie
lonken
entreprendre, entamer
aanvatten
la demande
de aanvraag
le marché du travail
de arbeidsmarkt
examiner
bekijken, bekeek, bekeken
contribuer, apporter sa contribution
bijdragen, droeg bij, bijgedragen, een steentje
l’étranger (endroit)
het buitenland
la compétence
de competentie
de très près
van heel dichtbij
le penchant, l’impulsion, la propension
de drang
au sens figuré
figuurlijk
la famille d’acceuil
het gastgezin
l’usage, l’utilisation
het gebruik
l’habitude
de gewoonte
annuel, chaque année
jaarlijks
les jeunes
de jongeren
faire connaissance avec
kennis maken met
le choix
de keuze
rétrécir, réduire, rapetisser
krimpen, kromp, gekrompen
au sens premier
letterlijk
avoir le vent en poupe
in de lift zitten, zat, gezeten
la plus-value
meerwaarde
la plupart du temps
meestal
contribuer
meewerken
l’école secondaire
middelbaar, de middelnare school
la possibilité
de mogelijkheid
le réseau
het netwerk
découvrir
ontdekken
construire, édifier
opbouwen
s’ouvrir
opengaan, ging open, opengegaan
tomber à pic, tomber à point nommé
van pas komen, kwam, gekomen
la perspective
het perspectief
le projet
het project
avoir du respect, éprouver du respect
het respect, respect opbrengen, bracht op, opgebracht
fortifier, consolider
streken
l’augmentation
de stijging
étudier
studeren
la langue
de taal
retourner
terugkeren
aller, partir
trekken, trok, getrokken
l’échange
de uitwisseling
la compétence
de vaardigheid
à partir de
vanuit
constater
vaststellen
le séjour
het verblijf
partir
vetrekken, vetrok, vertrokken
acquérir
verwerven, verwierf, verworven
surtout
vooral
la paix
vrede
le bénévole
de vrijwilliger
le monde
de wereld
mondial
wereldwijd