Hoofdstuk 9: Het ademhalingssysteem Flashcards
Vier processen ademhaling
Ademen (ventilatie)
Externe ademhaling
Interne ademhaling
Cellulaire ademhaling
Ademen (ventilatie)
De beweging van lucht in en uit de longen
Externe ademhaling
De uitwisseling van gassen tussen ingeademde lucht en bloed
Interne ademhaling
De uitwisseling van gassen tussen bloed en weefselvloeistoffen
Cellulaire ademhaling
Proces waarbij zuurstof wordt gebruikt om ATP in cellen te produceren
Produceert CO2 als afvalstof
Bovenste luchtwegen
Neus (inclusief neusholte)
Farynx (slokdarmhoofd)
Neus
Externe neus: kraakbeen en twee nasale botten, verdeeld in twee kamers door nasale septum
Interne neus: bekleed met epitheelweefsel, voorzien van bloedvaten en cilia
Farynx
Keelholte / slokdarmhoofd
Verbindt mond en neusholte met strottenhoofd (larynx)
Buizen Eustachius verbonden met tussenoorholtes en egaliseren luchtdruk tussen middenoor en buitenlucht
Onderste luchtwegen
Larynx (strottenhoofd)
Trachea (luchtpijp)
Bronchiën
Longen
Drie functies larynx
Zorgt voor open luchtweg
Produceert geluid
Leidt voedsel naar juiste kanalen
Twee structuren van de larynx
Epiglottis (strotklepje)
Stembanden
Epiglottis
Flexibele flap kraakbeen bij opening strottenhoofd
‘Schakelmechanisme’ dat ervoor zorgt dat voedsel en dranken naar spijsverteringsstelsel gaan en niet naar luchtpijp
Stembanden
Twee plooien van bindweefsel over luchtwegen
Omringen opening naar luchtwegen (glottis)
Ondersteund door ligamenten en omsloten door kraakbeenstructuur (Adamsappel)
Trachea
Dtrekt zich uit van strottenhoofd naar linker en rechter bronchiën
Bestaat uit reeks C-vormige onvolledige (zodat luchtpijp van diameter kan veranderen bij hoesten of zwaar ademen) kraakbeenringen
Bronchiën
Vertakkingen van luchtpijp
Wanden bevatten vezelig bindweefsel en gladde spieren versterkt met kraakbeen (neemt af naarmate vertakking)
Luchttransport, luchtreiniging, lucht verwarmen tot lichaamstemperatuur
Bronchiolen
Kleinere luchtwegen zonder kraakbeen met dunne laag gladde spier omringd door elastisch bindweefsel
Longen
Organen die bestaan uit ondersteunend weefsel dat de bronchiën, bronchiolen, bloedvaten en gebieden waar gasuitwisseling plaatsvindt omsluit
Linkerlong met twee kwabben en rechterlong met drie kwabben
Pleurale membranen
Twee lagen dunne epitheelmembranen die de long insluiten
Ene vertegenwoordigt het buitenste longoppervlak, andere bekleedt de borstholte
Pleuraholte
Kleine ruimte die de pleurale membranen scheidt
Bevat kleine hoeveelheid waterige vloeistof die wrijving tussen pleurale membranen vermindert
Pleuritis
Ontsteking van pleurale vliezen waardoor afscheiding pleuraal vocht vermindert en de wrijving vergroot
Pijn tijdens ademen (symptoom longontsteking)
Alveoli
Longblaasjes
Cluster op het einde van de bronchiolen
Kleine, met lucht gevulde holtes waar gasuitwisseling plaatsvindt
Scheiden surfactant af, dat de binnenkant van longblaasjes bedekt en oppervlaktespanning vermindert
Longcapillairen
Brengen bloed en lucht in nauw contact
Inspiratie
Trekt lucht in ademhalingssysteem naarmate het longvolume groter wordt
Actief
Expiratie
Duwt lucht naar buiten naarmate het longvolume weer afneemt
Passief
Vitale capaciteit
Maximale volume dat je kan uitademen na een maximale inademing
Ongeveer 4800 ml
Inspiratoir reservevolume
Hoeveelheid extra lucht die kan worden ingeademd boven het ademvolume
Ongeveer 3100 ml
Expiratoir reservevolume
Hoeveelheid lucht die we met kracht kunnen uitademen voorbij het ademvolume
Ongeveer 1200 ml
Restvolume
Er blijft altijd lucht in je longen over
Ongeveer 1200 ml
Ademhalingscentrum
Bevindt zich in de medulla oblongata
Groepen zenuwcellen genereren automatisch elke 4-5 seconden een cyclisch patroon van elektrische impulsen die langs zenuwen naar middenrif en intercostale spieren reizen en deze stimuleren om samen te trekken → ribbenkast zet uit, middenrif naar beneden → ademen
Amyotrofische laterale scelorse (ALS)
Zenuwen naar de skeletspieren raken beschadigd en geleiden impulsen niet goed → skeletspieren verzwakken
Indirecte doodsoorzaak: ademhalingsfalen
Astma
Aandoening die wordt gekenmerkt door krampachtige contractie van bronchiale spieren, bronchiale zwelling en verhoogde slijmproductie
Veroorzaakt gedeeltelijke afsluiting van bronchiën, waardoor ademhalen moeilijk wordt
Symptomen: hoesten tijdens sporten, kortademigheid, piepende ademhaling, beklemmend gevoel op de borst
Oorzaken: virussen, luchtdeeltjes, allergieën, lichaamsbeweging, tabaksrook, luchtvervuiling
Emfyseem
Chronische aandoening waarbij longblaasjes blijvend beschadigd geraken
Bindweefsel in kleinere luchtwegen wordt vernietigd → luchtwegen worden minder elastisch en blijven niet goed open → storten in tijdens expiratie
Oorzaken: sommige vormen zijn erfelijk, anders roken of langdurige blootstelling aan luchtvervuiling
Bronchitis
Ontsteking van de bronchiën die resulteert in een aanhoudende hoest die grote hoeveelheden slijm produceert
Acuut: treedt plotseling op en verdwijnt binnen een paar weken
Chronisch: blijft gedurende lange periode aanhouden en herhaalt zich over meerdere jaren
Cystische fibrose
Taaislijmziekte
Erfelijke aandoening waarbij één enkel defect gen ervoor zorgt dat slijmproducerende cellen in de longen een dik, plakkerig slijm produceren
Verkoudheid en griep
Veroorzaakt door virussen
Heel besmettelijk maar niet virulent
Gelijkaardige symptomen, meestal geen koorts bij verkoudheid
Pneumonie
Longontsteking
Veroorzaakt door virale of bacteriële infectie, longblaasjes scheiden overtollig vocht af waardoor uitwisseling van O2 en CO2 wordt belemmerd
Tubercoluse (TBC)
Infectieziekte veroorzaakt door ‘mycobacterium tuberculosis’
Zorgt voor littekenvorming in de longen
Botulisme
Vorm van vergiftiging veroorzaakt door ‘clostridium botulinum’, die wordt aangetroffen in onjuist gekookt of geconserveerd eten
Mesothelioom
Bijzonder dodelijke vorm van kanker van het slijmvlies van de longen, het hart en de buik veroorzaakt door blootstelling aan asbest
Pneumothorax
Klaplong
Het instorten van één of meer lobben van de longen
Meest voorkomende oorzaak: penetrerende wond op borst waardoor lucht in de pleuraholte rond longen kan komen of als gevolg van ziekte of letsel aan long
Atelectase
Gebrek aan gasuitwisseling door alveolaire ineenstorting of ophoping van vloeistof in de alveoli