HF 7 ouderen als persoon Flashcards
Frailty
syndroom met een zodanige interactie
tussen ziekten, psychosociale stressoren en ziektelast, dat iemand vatbaar
wordt voor ongewenste gezondheidsuitkomsten.
SHARE
staat voor Survey of Health, Ageing and Retirement in
Europe. Dit instrument laat toe om kwetsbaarheid op een eenvoudige en
vlugge manier te meten. Men gaat daarbij uit van de vijf Fried criteria:
gebrek aan energie, verminderde eetlust, zwakke spierkracht, afname van
de loopsnelheid en een gebrek aan lichaamsbeweging.
Een persoon wordt als kwetsbaar gedefinieerd als minstens drie van deze
vijf criteria aanwezig zijn.
Comprehensive Frailty Assessment
Instrument
Dit screeningsinstrument brengt vier domeinen van kwetsbaarheid in beeld:
fysiek, psychisch en sociaal. En een nieuw domein: de omgeving. De woon-
en leefomgeving wordt immers belangrijk wanneer men kiest voor een
‘ageing in place’ beleid.
Ziekte van Parkinson
De ziekte van Parkinson is een ziekte van de hersenen. Wie aan de ziekte
lijdt, kan uiteenlopende klachten hebben en de ziekte is dan ook erg
complex. Voor geen enkele patiënt is het beeld van Parkinson symptomen
hetzelfde.
symptomen bij de ziekte van Parkinson
Trillen (tremor) van de handen, benen, kin of tong
Trager worden van bewegingen (bradykinesie), moeite met starten
van bewegingen (akinesie) en ontbreken van automatische
bewegingen (hypokinesie)
Stijfheid van de spieren (rigiditeit)
Houdings- en evenwichtsproblemen en soms vallen bij langer
bestaan van de ziekte
‘Bevriezen’ van de benen tijdens lopen (freezing), waardoor het lijkt
alsof de voeten aan de vloer blijven plakken
De ziekte van Parkinson kan in twee hoofdgroepen worden onderscheiden
- Patiënten die voornamelijk last hebben van een tremor (trillen van
handen, benen, kin of tong) - Patiënten die met name last hebben van bradykinesie (trager worden
van bewegingen) en rigiditeit (stijfheid)
De ziekte van Huntington
is een erfelijke aandoening die bepaalde delen
van de hersenen aantast. De eerste symptomen openbaren zich meestal
tussen het 35e en 45e levensjaar, maar kunnen ook eerder of later in het
leven optreden. Zij uit zich o.a. in onwillekeurige bewegingen die langzaam
verergeren, verstandelijke achteruitgang en een verscheidenheid van
psychische symptomen. De ziekte leidt gemiddeld na een zestiental jaren
tot de dood, meestal door bijkomende oorzaken zoals longontsteking.
Charles Bonnet syndroom
zien dingen die er in
werkelijkheid niet zijn (hallucinaties). Hoewel ze weten dat de beelden niet
kloppen, kan het toch beangstigend zijn. En mensen kunnen zich ervoor
schamen. Ze zijn bang dat ze voor gek uitgemaakt worden. Maar Charles
Bonnet is geen psychische stoornis. Het is een afwijking in de waarneming.
twee soorten depressies in de ouderdom
- depressie die in een eerdere levensfase ontstaan is en voortduurt
- depressie die ontstaat als gevolg van het ouder worden
Bij het vaststellen van dementie wordt meestal aan de volgende facetten
aandacht besteed
het cognitief functioneren, gedragsproblemen en het
functioneren in de dagelijkse situatie, het lichamelijk functioneren, nader
onderzoek van de hersenen, en een zorgonderzoek
Voorstadium (prodromale stadium)
Voordat sprake is van dementie omschreven, doen zich subtiele
veranderingen in het psychisch functioneren voor: het prodromale stadium.
Vaak wordt achteraf pas duidelijk dat het gaat om het begin van dementie.
De vroegste veranderingen zijn meestal geheugen- en
concentratieklachten, maar ook verminderde spankracht, interesseverlies,
emotionele labiliteit en prikkelbaarheid. Ook is er vaak sprake van een
verhoogde emotionele kwetsbaarheid. In rustige en normale
omstandigheden heeft iemand geen klachten, maar wel bij activiteiten
buiten de dagelijkse routine. De eerste verschijnselen kunnen soms ook een
heel scala van vage klachten inhouden, die aan een lichamelijke aandoening
doen denken. In dit stadium kunnen bij onderzoek naar het geheugen en
andere functies op korte tests, zoals de ‘Mini-Mental State Examination’, of
MMSE) de prestaties nog normaal zijn.
Lichte tot matig-ernstige dementie
Bij lichte dementie begint de zelfredzaamheid te verminderen en wordt
enige begeleiding noodzakelijk. De eerste problemen doen zich voor in
maaltijd bereiden, opbellen, boodschappen doen en met geld omgaan.
Zelfverzorging verloopt nog ongestoord.
De patiënten weten zich in dit stadium doorgaans nog redelijk aan te
passen. Patiënten hebben zelf vaak geen klachten over het verminderd
psychisch functioneren. Soms is er sprake van het verbloemen van de
klachten. Dit vindt deels zijn oorsprong in de verminderde cognitieve
vermogens, maar ook verzet tegen stigmatisering speelt daarbij mee.
Ernstige dementie
Uiteindelijk treedt een toestand op, waarin opname in een verpleeghuis
onvermijdelijk is geworden, omdat aan de zorgbehoefte thuis niet meer kan
worden voldaan.
De mate van hulpbehoevendheid hangt niet zozeer af van de cognitieve
achteruitgang maar van andere problemen als incontinentie en
gedragsproblemen zoals agressiviteit, nachtelijke onrust en zwerfneigingen.
In de late fase van dementie zijn de geheugenstoornissen dikwijls zo
uitgesproken dat de patiënt zelfs zijn (haar) naasten niet meer herkent.
Ook de oriëntatie in tijd en plaats zijn gestoord, zodat de patiënt zich zelfs
thuis voortdurend verdwaald kan voelen. Taaluitingen zijn nu meestal
beperkt: soms praat een patiënt met ernstige dementie helemaal niet meer.
Ook het begrip van gesproken taal is doorgaans vrijwel afwezig. Er zijn
dikwijls problemen bij het aankleden en het niet meer kunnen eten met
mes en vork (‘apraxie’). Uiteindelijk treedt een toestand op waarin de
patiënt bedlegerig is en nauwelijks nog besef heeft van de omgeving.
Cognitieve stoornissen bij Alzheimer
- vergeten
- Perseveraties
- Confabulaties of verbloemen
- Oriëntatie in de tijd
- Oriëntatie in de ruimte
- Afasie
Niet-cognitieve stoornissen bij Alzheimer
Desinteresse, besluiteloosheid, apathie, geen initiatief, sociale isolatie,
agressie-ontremming