HC.6 Pijnbestrijding Flashcards

1
Q

Waarom wordt aspirine gebruikt tijdens operaties of hartaandoeningen?

A

Het remt tromboxaan vorming via COX, wat de plaatjes aggregatie normaal gesproken stimuleert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke effecten naast pijnsensatie hebben prostaglandinen in het maag-darm kanaa (COX-1)l?

A
  • Dikkere muceuze laag krijgen
  • pH gradiënt laten dalen
  • Bicarbonaatsecretie stijgt
  • Mucosale bloedstroming stijgt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Verschil COX1 en 2?

A

COX1: altijd aanwezig, vooral gastrointestinaal

COX2: Lokaal aanwezig en dus induceerbaar. Speelt een rol bij inflammatie processen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bekende specifieke COX-2 remmer?

A

celecoxib/ Rofecoxib

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vervelende bijwerking celecoxib?

A

tromboxaan/PGl2 ratio stijgt, waardoor meer plaatjesaggregatie en hogere kans op stolling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat voor vezels C-vezels en wat voor pijn geven ze?

A

Ongemyeliniseerde: langdurig, diepe en doffe pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat voor vezels A-delta vezels en wat voor pijn geven ze?

A

Gemyeliniseerd: directe, scherpe en prikkende pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom voel je geen pijn in kraakbeen?

A

Geen receptoren daar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is Hyperalgesie?

A

Verhoogde gevoeligheid voor pijn:

  • Vuurfrequentie pijn omhoog
  • Activatiedrempel nociceptoren omlaag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is allodynie?

A

Je krijgt een pijnreactie bij prikkels die normaal niet pijnlijk zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom geef je hoge dosis NSAID aan reuma patiënten?

A

Bij hoge dosis krijg je pas ook de anti-inflammatoire effecten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke stappen zijn er bij behandeling van pijn?

A

stap 1a: paracetamol;
stap 1b: NSAID;
stap 1c: paracetamol + NSAID;
stap 2: overstappen op of toevoegen van een zwakwerkend opioide;
stap 3: overstappen op of toevoegen van een sterk werkend opioide;
stap 4: parenterale toediening van een opioide.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly