HC 3.3: fysiologie van gal Flashcards
hoeveel productie van gal per dag?
ongeveer 900 ml per dag
samenstelling gal:
- water
- elektrolyten
- galzouten (67%)
- cholesterol (4%)
- fosfolipiden (22%)
- geconjugeerd bilirubine
galzouten:
- worden gesynthetiseerd door de hepatocyt en worden gerecycled
- ze vormen galmicellen samen met fosfolipiden en cholesterol
- belangrijke rol in de vertering van vet
- het is een transportmiddel voor vet oplosbare vitaminen
wat zijn de vet oplosbare vitaminen?
A, D, E, K en B12
gal is de enige manier waarop we cholesterol kwijtraken.
…
waarom zitten er fosfolipiden in gal?
om er voor te zorgen dat de galmicellen de plasmamembraan niet gaan oplossen
verder nog in gal:
- de vet-oplosbare vitamines
- farmaca die we uitscheiden via de gal
- steroïd hormonen
- immunoglobulines
- glutathion
- eiwit
hoe worden galzouten gemaakt?
galzouten worden gemaakt van cholesterol
- cholesterol wordt omgezet, waarbij op een aantal plaatsen OH-groepen worden geplaatst
- die OH-groepen zitten in de alfa positie, zelfs de enige bèta OH-groep in cholesterol wordt omgezet naar een alfa OH-groep.
- de hydrofobe staart wordt verkort
- er komt een COOH-groep op de verkorte staart
waarom spreken we van galzouten en niet van galzuren?
- de pKa van galzuur (zo heet cholesterol wat die toegevoegde OH-groepen en verkorte staart heeft) is 5
- dat betekent dat bij pH=7 het molecuul een proton kwijtraakt en dan is het dus een zout
amfoteer molecuul:
een molecuul dat aan de ene kant heel polair is en aan de andere kant apolair. deze moleculen kunnen emulgeren en dus vet uit andere oplossingen halen.
vorming micellen:
- hepatocyten maken galzouten en scheiden die uit in de galgangen, waardoor de concentratie galzouten toeneemt
- als de concentratie een bepaalde waarde bereikt, dan worden spontaan vanuit die monomeren/amfotere molceulen, multimeren gevormd, de micellen
hoe wordt het amfotere molecuul ‘gevouwen’?
de hydrofobe gedeeltes gaan aan elkaar zitten en de hydrofiele gedeeltes gaan aan de buitenkant zitten van zo’n micel. door die hydrofiele buitenkant, blijft de micel in oplossing.
Kritische Micellaire Concentratie (CMC):
de concentratie galzouten waarop je van monomeren naar micellen gaat.
onder die concentratie zijn het allemaal monomeren en daarboven zijn het allemaal micellen.
wat is de waarde van de CMC in onze galgangen?
tussen de 2 en 5 mM
galmicel:
- bestaat uit cholesterol, fosfolipiden en galzouten
- aan de buitenkant bevinden zich de galzouten, in het midden bevinden zich de fosfolipiden en het cholesterol
- het deeltje is aan de buitenkant polair, waardoor het in water oplosbaar blijft, maar met een hydrofobe binnenkant