H3.10 Flashcards

1
Q

Formule snelheid

A

Snelheid = golflengte (mm) * frequentie (Hz)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lage frequentie

A
  • Goed doordringend vermogen
  • Lage resolutie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoge frequentie

A
  • Slecht doordringend vermogen
  • Hoge resolutie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wanneer heb je alleen beeld?

A

Als er tussen hart en transducer geen lucht bevindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer krijg je slecht beeld?

A
  • Als het hart dieper ligt
  • Obesitas
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Dopplereffect

A

Gebaseerd op de verandering van de frequentie van het door bewegende structuren teruggekaatste signaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Pulsed-wave doppler

A
  • 1 kristal die zendt en ontvangt
  • Meet snelheid op een specifiek punt
  • Hoogst meetbare snelheid is gelimiteerd
  • Ultrasound kristal zendt puls uit en wordt opgevangen, het tijdsinterval hiertussen is de snelheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Voordelen pulsed-wave doppler

A

Lokale frequentie veranderingen kunnen gemakkelijk gemeten worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Nadelen pulsed-wave doppler

A
  • Kost veel tijd
  • Hoge snelheden zijn moeilijker waar te nemen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Continuous-wave doppler

A
  • 2 kristallen
  • Meet hoogste snelheid op een lijn waardoor er zeer hoge snelheden meetbaar zijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Nadeel continuous-wave doppler

A

Signalen van de hele lengte van de ultrasound beam worden tegelijk opgenomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Op wat is de kleuren doppler gebaseerd?

A

Pulsed-wave doppler

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kleur diastole

A

Rood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Kleur systole

A

Blauw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Gele kleur

A

Turbulente veroorzaakt door klepinsufficiëntie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Kwaliteit van echo wordt beperkt door?

A
  • Echo window -> ribben, vet en longen liggen in de weg
  • Kwaliteit echolaborant
17
Q

Vijf posities waarin transducer gehouden kan worden om het hart te bekijken

A
  • Parasternale lange as
  • Suprasternaal
  • Rechts parasternaal
  • Subcostaal
  • Apicaal
18
Q

Drie belangrijkste transducer posities

A
  • Links parasternaal
  • Apicaal
  • Subcostaal
19
Q

Gedilateerde cardiomyopathie

A

Hele grote kamer

20
Q

Hypertrofe cardiomyopathie

A

Verdikte ventrikelwand

21
Q

Waarom is het slagvolume bij een hypertrofe cardiomyopathie niet altijd groter?

A

DIameter van het ventrikel is ook verkleind

22
Q

Myxoom

A

Massa, goedaardige tumor

In linkeratrium

Zit met een klein steeltje vast aan het endocard

23
Q

Gevolg myxoom

A

Laag slagvolume door een instroombeperking

24
Q

Wittere omlijning

A

Aortaklepstenose

25
Q

Zwarte omlijning

A

Pericardvocht als gevolg van pericarditis

Tamponade

26
Q

Gevolg van hoge druk in pericardruimte?

A

Hart heeft moeite met vullen

27
Q

Formule ejectiefractie

A

Ejectiefractie = (EDV-ESV) / EDV

28
Q

Hoe kan het zo zijn dat er ondanks een goede ejectiefractie toch sprake kan zijn van hartfalen?

A
  • Stijfheid van hartspier
  • Sterke volumeafname door hypertrofie
29
Q

Wat aantonen met doppler?

A
  • Lekkende kleppen
  • Snelheid bloedstroom (bij klepstenose meet je een hogere stroomsnelheid)
30
Q

Hartinfarct en complicaties die je kan zien op een ECG?

A
  • Thrombus
  • Aneurysma
  • Septum ruptuur
  • Wandbewegingsstoornis met mitralis insufficiëntie
  • Ruptuur van chorda of papillairspier met mitralis insufficiënt
31
Q

E-top

A

Passieve stroming van bloed van boezem naar kamer als gevolg van drukverschil

32
Q

A-top

A

Actieve stroming van bloed als gevolg van samenknijpen van de linkerboezem

33
Q

Hoe kan je E-top snelheid meten?

A
  • Pulsed-wave doppler ter hoogte van de stroming
  • Bloedstroom
34
Q

Wat meet een pulsed-wave doppler op het ventrikel septum?

A

Activiteit van de spier (e’)

35
Q

Waar is de E-top van afhankelijk?

A

Hoe de kamer relaxeert

Boezemdruk

36
Q

E/e’

A

Maat voor de linkerboezem vullingsdruk