H1.1 Flashcards
Betekenis hoge ST-elevaties
Ernstige acute myocardischemie
Biomarkers om myocardschade aan te tonen
T-troponine en creatinefosfokinase (CPK)
Normale bloeddruk
120/80
Normale hartfrequentie
60/70
Behandeling myocardinfarct
Hartkatheterisatie van de Ramus Descendens Anterior (RAD)
De afgesloten ramus wordt door deze behandeling geopend
Dyspneu met kenmerken
Kortademig:
- alleen ademen in zittende houding
- hevig transpireren
- bloeddruk daalt
Tachypneu
Versnelde ademhaling
Hoe kan een mitraalklepinsufficiëntie worden veroorzaakt? (2)
Kapotte papillairspieren of kapotta chordae tendineae
Behandeling voor dalende bloeddruk
Intra-aortale ballonpomp
Hoe wordt intra-aortale ballonpomp ingebracht?
Via a. femoralis
Werking intra-aortale ballonpomp
Diastole: ballon vult, zodat doorbloeding van coronairvaten zal verbeteren
Systole: ballon loopt leeg, zodat het hart makkelijker het bloed kan wegpompen. Hierdoor wordt de linker kamer ontlast
Gevolg intra-aortale ballonpomp
Bloeddruk stijgt weer naar 100/60 mmHg
Hypoxemie
Te weinig zuurstof in het bloed
Acidose
Verzuring in het bloed
Gevolg mitraalklepinsufficiëntie
Verhoogde druk in thorax en longen
Vocht wordt uit capillairen geperst en hoopt op in longen -> longoedeem