H12 - Leiderschap Flashcards
Verschil management en leiderschap volgens John Kotter
management
- gaat over omgaan met complexiteit
- goed management zorgt voor orde en samenhang
leiderschap
- gaat over omgaan met verandering
- zetten koers uit door toekomstvisie te ontwikkelen
leiderschap
het vermogen om een groep zo te beïnvloeden dat die zich inzet voor een visie of serie doelstellingen
(zowel informeel als formeel)
eigenschap effectieve leiders
- extraversie belangrijkste
- plichtsgetrouw
- openstaan voor ervaringen
(deze 3 van big five geven niet aan hoe effectief de leider is!) - geloof in eigen kunnen, self-efficacy
- Emotionele Intelligentie (empathy)
Ohia State-onderzoek 2 dimensies leidersgedrag
- structuur aanbrengen
- consideratie (wederzijds vertrouwen en respect)
onderzoek Universiteit van Michigan 2 dimensies leidersgedrag
- werknemersgericht (intermenselijke relaties)
- productiegerichte leiders
contingentietheorie
richt zich op de vraag onder welke situationele condities een bepaalde leiderschapsstijl wel of niet effectief is (relatie- of taakgericht)
Model van Fiedler (contingentiemodel)
- de wijze waarop de leider met zijn werknemers omgaat moet aansluiten op de hoeveelheid invloed die de situatie hem geeft
- basisstijl van leiderschap is sleutelfactor succes
- relatie tussen leider en groep als onveranderlijke variabele gezien en wordt beoordeeld welke onveranderlijke leiderschapsstijl beste resultaat geeft
Fiedler 3 contingentievariabelen die verschillen in effectiviteit leiderschap bepalen
- leider-groepslidrelaties (vertrouwen en respect voor leider)
- taakstructuur (mate van structurering)
- positiemacht (bevoegdheden aannemen, ontslaan)
Fiedler stelt nu dat
- taakgerichte leiders het beste presteren in situaties met gunstige of heel ongunstige controlemogelijkheden
- relatiegerichte leiders het beste presteren in situaties met middelmatige controlemogelijkheden
toepassing Fiedler om effectief leiderschap te bereiken als basisstijl individu onveranderbaar is
- kies nieuwe leider die taak of relatiegericht is (ongelijk de huidige)
- verander de situatie zodat hij bij de leider past (meer bevoegdheden of taken herstructureren)
issue in praktijk met Fiedlers model
- in de praktijk lastig om te bepalen hoe goed de relaties tussen leider en leden zijn, hoe gestructureerd de taak is en hoeveel positiemacht de leider bezit.
model situtationeel leiderschap
- Paul Hersey en Ken Blanchard
aannames: - behoefte aan stijl leidinggevend verandert naarmate iemand ervarener en deskundiger wordt in zijn taak
- leider kan leiderschapsstijl aanpassen aan de situatie en behoeft van de medewerker hierdoor effect beter
model situtationeel leiderschap 4 stijlen
elk bij ander ontwikkelingsniveau medewerker
- instrueren
- overtuigen
- participeren
- delegeren
‘leader-member-exchange’-theorie (LMX)
- stelt dat leiders een kleine groep volgelingen kiezen waarmee ze speciale relatie opbouwen.
- deze personen vormen intimi die leider vertrouwd
- naar die groep toe is leider meer relatiegericht
- de andere groep krijgt minder tijd en deel van beloningen, meer formalistisch en hiërarchies) taakgericht
- leiders kiezen vertrouwelingen omdat hun attitudes en persoonlijkheid overeenkomt of competenter zijn
- leidt tot self-fulfilling prophecy
charismatisch leider
- heeft visie
- is bereid risico’s te nemen om die visie te berwezenlijken
- is gevoelig voor behoeften van volgelingen
- vertoond onconventioneel gedrag