H10 onderzoeken Flashcards
studie wederzijdse beeldvorming tussen Turken en Belgen - cognitieve component
- Belgen en Turken gevraagd naar stereotypes over elkaar
- Turken: fanatiek religieus, homofoob, genderongelijkheid, groep boven individu, niet modern
- Belgen: vrijgevochten vrouwen, niet vrijgevig, egoïstisch/asociaal, weinig respect voor ouderen, georganiseerd en gedisciplineerd
-> legt enkele nuanceringen bloot - Vooroordelen tegen wie? vooral tegen leden van lage status groepen MAAR vaak wederzijds tussen groepen
- Waar of niet? Er is vaak kern van waarheid (gem. vd groepen met elkaar vergelijkt), maar probleem is dat het veralgemeend wordt naar de volledige groep + wordt vaak affectief/evaluatief gekleurd
- Negatief of ambivalent? vaak niet enkel negatief
studie zelfde cv maar Vrouwen of mannen naam
- lagere inschatting en startloon gegeven door ppn
- negatievere houding en minder coöperatie tov vrouwelijke leiders
studie in advocatenkantoor evaluaties werknemers analyseren
- vrouwen vaker geprezen
- mannen hogere totaalscore
studie Dardenne, Bollier & Dumont, 2007 - vrouwelijke ppn naar solliciatieprocedure komen (functie voor chemiesector)
- OV: welwillend seksisme, vijandig seksisme of neutrale conditie door persoon die interview afneemt
RESULTATEN - welwillend seksisme: ongewenste gedachten, meer incompetentiefocus (twijfelen aan eigen kunnen), trager werken
- vijandig seksisme: doen het beter dan welwillend seksisme
VERKLARINGEN - vijandig seksisme: externe attributie (jij bent hier de seksist!) => jezelf beschermen om dit niet te veel te laten binnen komen
- andere verklaring: er is een direct negatief effect van vijandige discriminatie op welbevinden, maar kan gecompenseerd worden doordat discriminatie leidt tot groepsidentificatie dat positief effect heeft op welbevinden <-> welwillend seksisme: er ontstaat twijfel waardoor discriminatie wel leidt tot negatief effect op welbevinden
Eberhardt, Goff, Purdie & Davis, 2004 impliciete associatie huidskleur en criminaliteit
‘visuele perceptiestudie’
- Dns naar labo en in 3 categorieën opgedeeld
- Fase 1: naar scherm kijken, flitsen
-> C1: geprimed met witte mannelijke gezichten
-> C2: geprimed met zwarte mannelijke gezichten
-> C3: geen mannelijke gezichten, controlegroep
- Fase 2: voorwerpen tonen en zsm herkennen
-> objecten getoond, eerst heel veel ruis en dan gradueel duidelijker (niveaus van degradatie)
-> doel = zsm voorwerp herkennen
-> objecten waren misdaadrelevant of irrelevant
RESULTATEN
- AV: duur tot herkenning
- controlegroep: even gemakkelijkere herkenning misdaadobjecten als kantoorobjecten
- witte gezichten geprimed: irrelevante objecten conform controlegroep, langere duur om misdaadobjecten te herkennen => zwakkere associatie
- zwarte gezichten geprimed: veel sneller in herkennen van misdaad-relevante objecten; kantoormateriaal even snel als controlegroep => wijst op sterke associatie in hoofd tussen zwarte mensen en criminaliteit
Weisbuch, Pauker & Ambady, 2009 - hoe personages van serie met elkaar omgaan
- ook televisie kan heel subtiel/impliciet racisme vertonen en versterken bij kijkers; raciale categorieën worden onbedoeld geassocieerd met negatieve gevoelens door lichaamstaal en gelaatsuitdrukking van tv personages
- methode
-> 11 bekende series, uit elke serie klein stukje
-> je ziet een personage dat op iemand aan het reageren is (huidskleur etc. uitgewist) - enkel non verbale communicatie => aangeven hoe positief personage behandeld wordt
RESULTAAT - slechts in 2 tv series (18%) van de 11 waarin behandeling naar zwarten toe gemiddeld positiever dan naar witte mensen toe
=> veel kijkers worden dagelijks blootgesteld aan niet verbale raciale bias
studie: word je racistisch van tv kijken
- blootstellingproces van participanten: hoeveel kijk je naar elk van de shows en hoeveel bias vertonen die shows => 1 score (gemiddelde non verbale bias van programma’s ide ppn kijken)
- impliciete raciale vooroordelen van participant adhv IAT
RESULTATEN - positieve r (sterkere bevooroordeelde score op IAT voor mensen die serie bekijken met meer bias)
MAAAR correlationeel verband kan in twee richtingen lopen!
Baysu en Phalet, 2012 - herkomstland en prestatie op school
- Turkse schoolloopbaan = de lekkende pijplijn: percentage van alle Turkse lln in ASO daalt doorheen de schoolloopbaan => verschillende verklaringen maar stereotypedreiging speelt ook rol
METHODE - lln krijgen 2 vragenlijsten: vragenlijst over thuissituatie, herkomst,.. & een toets/cognitieve test
- Volgorde van test: ene helft eerst test dan herkomstvragenlijst, andere helft omgekeerd
RESULTATEN - volgorde geen effect voor lln uit België
- slechtere prestatie bij lln met migratie-achtergrond als ze eerst thuissituatievragenlijst krijgen
studie vrouwen en wiskunde taak
-OV: preventiefocus of promotiefocus benadrukt bij instructie, controle groep of stereotypedreiging (eerst geslacht aangeven)
- AV: prestatie
RESULTATEN
- controleconditie > stereotypedreigingconditie
- bij stereotypedreiging is er betere prestatie bij preventiefocus dan bij promotiefocus
- MAAR indien iets later opnieuw wiskundetaak: dan doet deze groep het net het slechts => energie verspild, het vraagt veel energie van je - op lange termijn vermoeiend en net negatief effect
interventiestudie: studenten krijgen 2 verschillende boodschappen bij aanvang studie
condities
- intelligentie als iets trainbaar, een spier (growth mindset induceren)
- controleconditie: intelligentie als verschillende componenten (neutraal, als iets redelijk vaststaand)
RESULTATEN
- idee dat intelligentie trainbaar is had positieve effecten op studiepunten, voornamelijk bij Afro-amerikaanse deelnemers => idee helpt om vastgeplakte stereotypes te minimaliseren en los te laten
interventiestudie: vrouwen en wiskunde
- conditie: hoge vs. lage stereotypering, wiskunde capaciteit staat vast vs trainbaar
RESULTATEN: mate dat gevoel hebben dat wiskunde iets voor jou is - wiskundecapaciteit vaststaand: bij hogere stereotypering minder gevoeld dat wiskunde iets voor hen is dan bij lage
- wiskundecapaciteit trainbaar: ppn geven aan dat wiskunde wel redelijk iets voor hen is, ondanks hoge of lage stereotypering (-> stereotype wordt dan als minder valide/betrouwbaar gezien)