7/ Wereldwijde Problematiek Van Antimycobriële Resisentie En Globale Interventies Flashcards

1
Q

Samenvatting 7/ wereldwijde AMR

A
  • AMR (= antimicrobiële resistentie) is één van de belangrijkste public Health uitdagingen van dit tijdperk
  • AMR-genen zijn natuurlijk aanwezig, maar worden uitgeselecteerd door AB gebruik en verder overgedragen in gezondheidszorg en community
  • Multidisciplinaire en concrete stappen zijn nodig om
    o Meten en monitoren van situatie
    o Verminderen transmissie MDRO
    o Behouden antimicrobiële middelen door wijs gebruik
    o Blijven zoeken naar diagnostische, therapeutische en preventieve oplossingen
  • Minder gebruik AB (ook veeteelt) + juist gebruik AB – antimicorbieel stewardship
  • Infectie Preventie: hygiëne en vaccins
  • Diagnostisch stewardship
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Werking AB (AMR)

A

Beta-lactam → allemaal BL-ring (wel iets anders per AB) + zelfde werking via celwand inhibitie
Niet beta-lactam

DNA: fluoroquinolones, CO-trimoxazole
Celwand: vancomycine
Eiwit sabotage: clindamycine, Amikacine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

WAT BETEKENT AB RESISTENTIE? (AMR)

A
  • Bacteriën blijven groeien ondanks de aanwezigheid van een correct AB
    o In labo (in vitro)
    o In patiënt (in vivo)
  • Disk diffusion methode (gestandaardiseerd)
    o Grote inhibitie zone → AB werkt het beste, want toont aan dat bacteriën niet kunnen groeien → AB krachtige werking
    o Connectie met breekpunt tabellen
  • E-test volgens logaritimische schaal, waar inhibitie lijn stopt = MIC
  • In labo (in vitro)
    o S, I (verhoging dosis nodig), R
    o Drug bug combinatie (omnisensitief – bac aan alles gevoelig)
    o Antibiogram; niet voor alle bacteriën mogelijk (anaeroben bestaan tabellen niet, wel vaak behandelbaar met)
     Als breekpunten niet geweten zijn
    o = fenotypisch beschrijving (kijken)
  • Genotypisch: PCR (bij HIV en virale resistentie al 20j)
  • Bij TB en bacteriërele resistentie → PCR en kweek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

HOE WORDT BACTERIE RESISTENT? (AMR)

A
  • 1/ kapot maken AB vb ring BL kapot knippen
    o 3d structuur kapot → niet meer werk kunnen doen
    o ESBL
  • 2/ Blokkeren van de porines (deur toedoen)
  • 3/ AB uit de cel pompen vb pseudomonas
  • 4/ Sabotage: veranderen locatie waar AB werkt
    o Vb ciprofloxacine werkt op circulair DNA, 1 iets aan veranderen → AB niet meer werken
  • 5/ …
    Als AB op de markt komen → na paar maanden resistentie → kijken vanwaar resistentie komt of door meerdere → proberen op inspelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

VANWAAR KOMT RESISTENTIE GENEN? (AMR)

A
  • Uitselecteren van resistentie genen, al aanwezig
    o Soms mutitaties die zinvol zijn
  • Oud mechanisme voor overleving
    o Vb tegen fungi Penicillum vs S aureus
  • Bacterie tegen andere micro-organisme in omgeving
  • Op veel plaatsen waar mens niet is geweest
    o Stukken resistentie in maag-darm kanaal bij zeer oude person (etsi Oostenrijk)
  • Nu in omgeving ook AB gevonden vb riool, afvalwater ziekenhuis, vijver stadspark, verkeersongevallen (grote wondes + veel contact omgeving → contaminatie met zeer resistente bacteriën)
    o Niet zo zeer door AB, maar door natuurlijke beschermings genen
  • Waarom nu wel een probleem?
    o Door meer en meer AB gebruik → selectieve druk veroorzaken → resistentie genen voordeel hebben + uitgeselecteerd worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

AB resistentie genen (AMR)

A

AB resistentie genen
- Innate (congenitaal) = soort-specifiek
o Vb penicilline resistentie in Pseudomonas
- Of verworven
o Mutaties in eigen DNA
 Vb fluoroquinolones resistentie in Salmonella
o Door mobiel DNA vb E coli
 Vb ESBL, CPE
 Plasmiden met verschillende resistentie genen vaak combinatie van ESBL + ciprofloxacine + co-trimazole
• → sterke en resistente bacterie tegen veel AB’s

Integratie alleen verticaal
Plasmide via S-pili genen kunnen uitwisselen (seks)
Virulentie + resistentie genen uitwisselen tussen bacteriën → darm fanastische plek uitwisselen van genen; ook beek met traagstromend water
Bij AB → enige bac die overblijft is degene met plasmiden → blijft alleen over (= geen doelbewust proces; passief proces van overleving)

Selectie en verspreiding resistentie: verticaal (moeder op kind) of horizontale (seks) transmissie
Aanwezigheid resistentie gen → AB gebruik → selectie resistentie kloon → verticale of horizontale transmissie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Verspreiding resistentie genen (AMR)

A

Verspreiding
- Tussen bacterien
o Binnen 1 soort vb e coli
o Tussen 2 soorten vb tussen enterobacteria e coli naar salmonella
- Tussen dragers
o Mens – mens
 Omgeving, ziekenhuis
 Handen, materiaal
o Dier-dier
 Voedsel en huisdieren
o Dier-mens-dier
 Van mensen op dieren vb veeteelt in voeding, groeipromotoren, laag drempelig geven
 Huisdieren
- In omgeving
Verspreiding
- Tussen bacterien
o Binnen 1 soort vb e coli
o Tussen 2 soorten vb tussen enterobacteria e coli naar salmonella
- Tussen dragers
o Mens – mens
 Omgeving, ziekenhuis
 Handen, materiaal
o Dier-dier
 Voedsel en huisdieren
o Dier-mens-dier
 Van mensen op dieren vb veeteelt in voeding, groeipromotoren, laag drempelig geven
 Huisdieren
- In omgeving
Verspreiding
- Tussen bacterien
o Binnen 1 soort vb e coli
o Tussen 2 soorten vb tussen enterobacteria e coli naar salmonella
- Tussen dragers
o Mens – mens
 Omgeving, ziekenhuis
 Handen, materiaal
o Dier-dier
 Voedsel en huisdieren
o Dier-mens-dier
 Van mensen op dieren vb veeteelt in voeding, groeipromotoren, laag drempelig geven
 Huisdieren
- In omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Complexiteit overdracht resistentie genen (AMR)

A

Complex gegeven
Overlap community en zorg + resistentie mens en dier overlappen resistentie
→ geen duidelijke scheiding tussen mensen en dieren → one Health → breed ongezonde kippen en vissen → mens ook niet gezond; te weinig biodiversiteit vb pesticiden → minder insecten → minder vogels → mindere andere kleine ongewerveld … → beïnvloed ook mens; ook te weinig bijen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kunnen klinisch resistentie vaststellen?
(AMR)

A
  • Onvoldoende respons op AB, nog andere oorzaken foute AB, te lage dosis, geen therapietrouw, abces (AB geraakt er niet), stuk immuniteit nodig om infectie op te ruimen
  • Niet altijd kunnen zeggen door verschillende oorzaken, wel zeggen onvoldoende respons
  • Soms pt beter worden met AB die niet zou mogen werken → operatie, AB klein beetje werken immuun de rest doen, immuunsysteem alles doen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Historiek AMR

A

Meer mensen, meer AB gebruikt (nu wel toegang hebben in minder behoede gebieden), veel plaatsen in de wereld op een foute manier gebruikt
Penicilline als wondermiddel beschouwt, oorlog: wonden + SOA’s (wie oorlog zegt zegt SOA) → gonorrhea behandelen
Massaproductie, vaak niet in juiste dosis + te vroeg stoppen
PRSA = staf aureus penicilline resistentie → bac komt veel voor; begin vooral ziekenhuis
→ methicilline resistentie 1960 bij Staphylococcus aureus
Vancomycine blijft vandaag de dag nog bij MRSA → hogere drempel om resistentie te ontwikkelenh
Weinig goede labo’s, WHO werkt eraan
Buiten Europa groter probleem
Goede nieuws resistentie kan naar beneden gaan → binnen Europa en België met MRSA kunnen zien (uitz Italië, Roemenië, Griekenland, Hongarije)
Meer infectiepreventie, meer aandacht naar AB → minder druk, kan ook zijn natuurlijk fenomeen verlies van virulentie → waarschijnlijk gecombineerd proces

MSSA naar boven (door vergrijzing), MRSA dalen

Bezorgdheid → beter gebruik AB
Lokale epidemiologie is belangrijk
Afname hooggradige resistentie + introductie van pneumococcen vaccin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe kan vaccinatie helpen bij AB resistentie

A

→ minder infecties → minder mensen die ziek zijn en koorts → minder koortsepisodes = minder gebruik over AB → minder selectieve druk
+ minder circulatie van bacteriën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

1960-1980: evolutie van moderne geneeskunde (AMR)

A
  • ICU
  • Transplantatie
  • Kankerbehandeling
  • HIV/AIDS (vanaf eind jaren 70)
  • → groeiende groep met toenemende kwetsbaarheid → meer noodt AB gebruik
    o Resistentie kostprijs
    o Lang traject ziekenhuis → meer blootgesteld aan AB + uitgebreide colonisatie
    o Ook veel pt die niet lang in ziekenhuis blijven, zonder uitgebreide colonisatie
  • → AB resistentie was vooral een ziekenhuis acquired probleem
  • Met wereldwijd gebruik meer AB → meer en meer betalactamase → uiteindelijke ESBL
    o Eerste instantie in ziekenhuis, daarna door plasmiden ook in community

Veel over gepubliceerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

ESBL (AMR)

A

ESBL (= extended spectrum Beta-Lactamase) → kapot maken van alle BL AB, buiten cefepime (4de gen cefalosporines) en carbapenems
- Voorkomen vooral bij darmbacteriën E coli, klebsiella
- Tegen komen bij urosepisch, buikoperaties
- Vaak co-resistentie tegen ciprofloxacine, cotrimoxazole, gentamicine
- Behandeling: carbapenem (eerste lijn bij ernstige infecties), Amikacine, (nitrofurantoine)

In jaren 80’ resistentie k pneuomniea in ziekenhuizen
Naar community

Azië

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly