1C1 week 5 HC 2 & 3 Icterus Flashcards

1
Q

Wanneer ontstaat icterus?

A

Bilirubine > 80 micromol/L

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer is icterus bij baby’s fysiologisch?

A

Op 2e-4e dag tot eerste week 80-150 micromol/L

- Piek op 3e/4e dag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer is icterus bij baby’s pathologisch?

A
  • Binnen 24 uur (icterus precox)
  • Bilirubine > 220 micromol/L
  • Stijging meer dan 100 micromol/L/dag
  • Langer dan twee weken (icterus prolongatus)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn hoofdoorzaken voor te hoog ongeconjugeerd bilirubine?

A
  • Hoger aanbod bilirubine
  • Hemolyse
  • Verstoorde conjugatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn oorzaken voor toegenomen aanbod van bilirubine?

A
  • Hematomen
  • Polycytemie: na hypoxie
  • Bloedgroep antagonisme
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn oorzaken voor hemolyse?

A

Aandoeningen van erytrocyten, zoals sikkelcelziekte of G6PD

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn oorzaken voor verstoorde conjugatie?

A
  • Leverenzym rijping (fysiologisch)
  • Borstvoeding
  • Leverenzym deficientie (Gilbert, Crigler Najjar)
  • Congenitale infecties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn kenmerken van Crigler Najjar?

A
  • Mutatie UGT1a1 gen
  • Autosomaal recessief
  • Type 1: helemaal geen enzym, Type 2: 20-40% enzym
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de therapie bij icterus bij baby’s?

A
  • Fototherapie

- Wisseltherapie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is kern icterus?

A

Degeneratie ganglioncellen door ophoping ongeconjugeerd bilirubine in de hersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn kenmerken van kernicterus?

A

Sufheid, dehydratie door slecht drinken, koorts, slap worden, opisthotonus, hypertoon, convulsies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn gevolgen van kernicterus?

A

Spasmes, doofheid, blikparese, tandverkleuring, hypotonie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn bijwerkingen van fototherapie?

A

Diarree, vochtverlies via de huid, temperatuurinstabiliteit, huiduitslag, bruin worden, retina schade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wanneer zit een baby in een hogere risicogroep?

A

Vroeggeboorte (< 38 weken), infecties, hypoxie bij bevalling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe kun je icterus door verschillende soorten bloedgroepantagonismen onderscheiden?

A
  • Rhesus: IgG, passeert placenta, dus ook geel

- ABO antistoffen: IgM, passeert placenta niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke bloedgroepen zijn gevaarlijk voor baby’s?

A

Bloedgroep O: antistof A en B

Rhesus negatief: bij eerdere zwangerschap of transfusie, anti D geven

17
Q

Hoe kun je de vochttoestand checken?

A

Fontanel ingedeukt

Kreatine en hemoglobine verhoogd

18
Q

Bij welke waarden is er kans op kernicterus?

A

Ongeconjugeerd bilirubine > 340 micromol/L en lage plasma albumine < 30 g/L
(Ratio > 0,7)

19
Q

Hoe wordt onderscheid gemaakt tussen type 1 en type 2 Criglar Najjar?

A

Serum bilirubine meten na toediening phenobarbital

-> daling bij type 2

20
Q

Hoe werkt lichttherapie?

A

Licht met een golflengte van 450 nanometer verandert de structuur van het bilirubine molecuul zodanig dat het water oplosbaar word
bilirubine -> lumirubine

21
Q

Welke behandelingen worden er gebruikt bij Crigler Najjar?

A
  • Type 1: nachtelijke fototherapie, levertransplantatie

- Type 2: phenobarbital of clofibraat, fototherapie, plasmaferese

22
Q

In welke volgorde ontstaat icterus vaak?

A

Hoofd, romp, ledematen

23
Q

Wat is stille icterus en wat is vaak de oorzaak?

A

Cholestase zonder koliekpijn

- Vaak maligniteit

24
Q

Welke maligniteiten zorgen vaak voor stille icterus?

A
  • Pancreaskopcarcinoom
  • Papil van Vater carcinoom
  • Cholangiocarcinoom
  • Duodenumcarcinoom
    + Levermetastasen, lymfadenopathie, HCC
25
Q

Waar kunnen cholangiocarcinomen zitten?

A

Intra hepatisch, perihillair en extra hepatisch

26
Q

Welke tumor markers zijn er?

A
  • Ca19.9: pancreas en CCA
  • CEA > 5,2 : CCA
  • AFP: HCC
27
Q

Wat doe je bij hoge verdenking op obstructie, maar negatieve echo en CT?

A

MRCP of EUS

28
Q

Wat is de double duct sign?

A

Verwijding van ductus choledochus en ductus pancreaticus

- Red flag!

29
Q

Wat zijn kenmerken van Ca 19.9?

A
  • Verhoogd bij verhoogde bilirubine (cholestase)
  • Verhoogd bij pancreas maligniteiten (bij 90-95%) en cholangiocarcinoom )
  • Associatie hoogte met prognose
30
Q

Wanneer is een tumor niet resectabel?

A

Meer dan 90 graden vaatbetrokkenheid

31
Q

In welke drie groepen kunnen pancreas carcinomen ingedeeld worden?

A
  • Resectabel: 10-20%
  • LAPC: 30%
  • Metastase: 50%
32
Q

Wat is de gemiddelde overleving van LAPC en welke factoren beïnvloeden dit?

A

< 12 maanden

- Leeftijd, pijn, grootte tumor, albumine en hoogte tumormarker

33
Q

Wat is de beste behandeling bij LAPC?

A
  • Neoadjuvante chemotherapie (folfirinox), soms bestraling
  • Resectie
  • Adjuvante chemotherapie bij positieve lymfe
34
Q

Wat is de huidige behandeling bij resectabele patiënten?

A

Resectie (Whipple) gevolgd met adjuvante chemotherapie (bij 50%)

35
Q

Hoe worden gemetastateerde patiënten behandeld?

A

Folfirinox

36
Q

Wat wordt vaak vooraf aan neoadjuvante chemotherapie gedaan?

A

Drainage: ERCP met metalen stent

37
Q

Welke typen auto immuun pancreatitis zijn er en wat zijn kenmerken?

A
  • Beiden: lymfoplasmatische infiltraten, zwelling pancreas, IgG verhoogd, steroiden behandeling
  • Type 1: mannen, ouder, meerdere organen (galweg)
  • Type 2: IBD associatie, granulocyten