1C1 week 3 HC 1 Micro anatomie lever Flashcards
Wat is de functionele eenheid van een orgaan?
Kleinste, structureel verschillende, zelf toereikend orgaan
Waaruit bestaat de duale aan- en afvoer van de lever?
Aanvoer: vene en arterie (mengen)
Afvoer: vene en galweg
Waaruit bestaat de klassieke hexagonale lobelus?
- Zes portals
- Venocentrisch: ventrale vene
Waaruit bestaat de lever acinus?
- Portocentrisch: centrale portal
- Arteriele tweanks met drie zones
Welke acinus zones krijgen de meeste zuurstof en minste zuurstof?
Meest: zone 1 met hoge metabolische activiteit
Minst: zone 3 rond centrale vene -> detoxificatie
Wat vindt je in een portal?
Grote vene portae, kleine arterie met dikke wand en kleine galweg met epitheel
- In fibreus weefsel soms met lymfocyten, mestcellen
- Lymfatische vaten en zenuwweefsel
Wat zijn kenmerken van hepatocyten?
- Grote eosinofiele nucleus(sen)
- 1 cel dikke plaat vorming met bile canaliculi tussen hepatocyten
- Glucogeen (PAS), basofiele granules, veel mitochondria en ER
- Sinusoïden met erytrocyten tussen platen
Welke regio’s zijn er in de hepatocyten?
- Sinusoidaal: direct contact met bloed (geen basaalmembraan)
- Lateraal: tussen hepatocyten
- Canaliculair: galweg
In welke richting vindt transport van gal plaats in de hepatocyt?
Sterk gepolariseerd van sinusoidale oppervlak naar canaliculaire oppervlak
Welke typen sinusoidale cellen zijn er?
- Endotheliale cellen
- Hepatische stellate cellen (HSC)
- Kupffer cellen
- Lymfocyten
Wat zijn kenmerken van HSC?
- In ruimte van Disse (perisinusoidale ruimte)
- Produceren ECM met collageen IV (reticuline)
- Opslag vitamine A
- Vasculaire contractie en fibrogenese
In welke richting stroomt het bloed in de sinusoïden en welke overgang gebeurt er?
Van perifeer naar centraal
- Richting centraal worden de sinusoïden meer poreus (grotere openingen)
Wat zijn kupffer cellen en waar vindt je ze?
Macrofagen in de sinusoidale ruimte
Welke weg gaat gal na productie in de hepatocyt?
Gal canaliculi -> kanalen van Hering -> gal ducten -> interlobulaire gal ducten (van centraal naar portal tract)
Waardoor kunnen canaliculaire trombi ontstaan?
Intracellulaire gal (bilirubinostatse)