1C1 week 3 HC 2 & 5 Leverziekten Flashcards

1
Q

Hoeveel procent van de lever heb je nodig om te overleven?

A

20-25%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn complicaties ten gevolge van levercirrose?

A
  • Varices in maag en slokdarm
  • Ascites
  • Encephalopathie (verwarring door afvalstoffen)
  • Leverkanker (HCC)
  • Infecties
  • Ondervoeding -> sarcopenie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is ACLF?

A

Acute on chronic liver failure: er is al chronische schade, maar er ontstaat een acute verslechtering/aanval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat helpt tegen sarcopenie?

A

Late evening snack en veel kleine maaltijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn kenmerken van lever fibrose?

A

In volledige lever: fibrose, destructie, regeneratie, nodulus en bindweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer is iets micronodulair?

A

Kleiner dan 3 mm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer kan alcoholische cirrose ontstaan?

A

Elke dag 1-2 glazen, weinig voeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn gevolgen van hepatitis B en C?

A

Cirrose en grotere kans op HCC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer kun je hepatitis C krijgen?

A

Door intraveneus drugsgebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer is er sprake van chronische hepatitis?

A

Na 6 maanden nog steeds besmet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is NASH?

A

Non alcoholische steato hepatitis: ontsteking vd lever

- ontstaan door NAFLD: vet in de lever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn mogelijke oorzaken van levercirrose?

A

Alcohol, virale hepatitis, drugs, NAFLD/NASH, galwegobstructie, autoimmuun leverziekten, medicatie, hemachromatose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn mogelijke gevolgen bij decompenseerde leverziekten?

A

Spontane bluikvliesontsteking, nierfalen, ondervoeding, carcinoom, variceas bloeding
- 30% mortaliteit op 5 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn fysieke tekenen van leverziekte?

A
  • Hepatomegalie
  • Icterus
  • Ascites
  • Spider angioma
  • Vergrote milt
  • Palmar erythema (handafwijkingen)
  • Fetor hepaticus (zoete uitademingslucht)
  • Gynaecomastie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe kun je iemand testen op encephalopathie?

A
  • Oriëntatievragen
  • Animal naming test
  • Flapping tremor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Op welke manieren kun je een leverbiopt nemen?

A

Percutaan, transjugulair veneus, laproscopisch, open chirurgie, plug

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is cholestase??

A

Onderbreking en/of verstoring van galproductie en/of afvloed

18
Q

Hoe ontstaat bilirubine

A
  1. Erytrocyt -> hemoglobine
  2. Hemoglobine -> heem en globine
  3. Heem -> biliverdine
  4. Biliverdine -> bilirubine
19
Q

Welke cyclus ondergaat bilirubine tot aan uitscheiding in de lever?

A
  1. Bindt aan albumine en komt in ruimte van Disse
  2. Opname in hepatocyt via OATP2
  3. Binding aan GST
  4. Glucuronering door UGT -> geconjungeerd
  5. Via MRP2 uit hepatocyt (kost ATP)
20
Q

Welke cyclus ondergaat bilirubine in het darmstelsel?

A
  1. Via galwegen in duodenum en dikke en dunne darm
  2. Omzetting in urobilinogeen en stercobiline
  3. 95% heropname, 5% uitscheiding
21
Q

Waar kan de oorzaak van cholestase zitten?

A

Intrahepatisch of extrahepatisch (perihilair of distaal)

22
Q

Wat zijn klachten van cholestase?

A
  • Icterus (door bilirubine)
  • Pruritus (door autotaxine en LAP)
  • Xanthomen/Xanthelasmata (cholesterol stapeling huid/oogleden)
  • Donkere urine en ontkleurde feces
  • Steatorrhoe/gewichtsverlies
  • Tekort vet oplosbare vitamines
  • Galstuwing -> leverschade
23
Q

Wat is het gevolg van een tekort aan de verschillende vetoplosbare vitamines?

A
  • Vitamine A: nachtblindheid
  • Vitamine D: osteomalacie
  • Vitamine E: neuromusculaire afwijkingen
  • Vitamine K: bloedingsneiging
24
Q

Wat is het gevolg van chronische cholestase?

A

Cel stress en dood -> inflammatie -> fibrose -> cirrose

25
Q

Welke extrahepatische oorzaken van cholestase zijn er?

A
  • Galstenen
  • Stricturen van de galwegen: PSC, pancreatitis, chirurgie
  • Maligne obstructie: pancreas, cholangio, papil v Vater, lymfadenopathie
26
Q

Welke intrahepatische oorzaken van cholestase zijn er?

A
  • Toxisch medicamenteus: DILI, alcoholische hepatitis
  • Auto-immuun gemedieerd: PSC/PBC, AIH/AIP
  • Virussen
  • Genetisch: zwangerschapscholestase (ICP)
27
Q

Welke analyses doe je bij verdenking op cholestase?

A

Anamnese, LO, bloedonderzoek (lever, immunologie en virologie), echo, radiologie, lever biopsie

28
Q

Welke bloedonderzoeken doe je en wat betekenen ze?

A
  • Bilirubine: verhoogde bij slecht metabolisme en excretie via gal
  • Alkalische fosfatase: verhoogd bij cholestase
  • Gamma glutamaat synthetase: verhoogd bij cholestase
  • ALAT en ASAT: verhoogd bij levercel verval
  • Albumine: verlaagd bij slechte functie vd lever
  • Pro-trombine tijd: verlengd bij slechte vitamine K synthese door lever
  • Ammoniak: verhoogd bij slechte afbraak van aminozuren door lever
29
Q

Welke radiologische onderzoeken kun je doen bij verdenking op cholestase?

A
  • Echo: verwijde galwegen bij extrahepatische oorzaak
  • MRCP: mri galwegen met contrast
  • PTC: angiografie galwegen met contrast, drainatie mogelijk
  • ERCP: scoop in galwegen
30
Q

Bij wie komen PSC en PBC vooral voor?

A

PSC: mannen 30-40 jaar
PBC: vrouwen van middelbare leeftijd

31
Q

Wat zijn kenmerken van primaire billiare cholangitis (PBC)?

A
  • Intra hepatische ontsteking vd kleine galwegen
  • Anti mitochondrien antilichamen (AMA) en IgM en cholestatische leverenzymen
  • Geeft galstuwing, fibrose en cirrose
  • Asymetrische destructie galwegen
  • Moeheid, pruritus, buikpijn, droge ogen en gewrichtspijn
  • Behandeling met UDCA
32
Q

Wat zijn kenmerken van primair scleroserende cholangitis (PSC)?

A
  • Intra en extra hepatisch immuun gemedieerde cholangitis
  • Recidiverende bacteriële cholangitis
  • Kralensnoer galwegen, union like biopt
  • Geassocieerd met inflammatoire darmziekten
  • Geeft cirrose, leverfalen en maligniteiten
  • Vaak transplantatie nodig
33
Q

Wat kan de oorzaak zijn van verhoogd bilirubine?

A
  • Hemolyse
  • Stoornis bilirubine metabolisme
  • Problemen met uitscheiding door aandoening lever of galwegen
34
Q

Welke aangeboren stoornissen van bilirubine metabolisme zijn er?

A
  • Toename ongeconjugeerd: syndroom van Gilbert en Crigler-Najjar
  • Vestoring uitscheiding geconjungeerd: BRIC, PFIC, syndroom van Dubin-Johnson
35
Q

Wat zijn de normaal waarden van bilirubine, ALAT, ASAT, GGT en alk fosfatase?

A
- Totaal bilirubine: <17 µmol
Geconjugeerd: < 12 µmol
Ongeconjugeerd: < 5 µmol
- ALAT, ASAT en GGT < 40
- Alk fosfatase < 110
36
Q

Wat is het syndroom van Gilbert?

A

Verlaagde expressie van UGT door een mutatie in de promotor

  • Alleen verhoogd bilirubine, geen klachten
  • Vooral bij mannen
37
Q

Wat zijn kenmerken van beninge recurrente intra-hepatische cholestase (BRIC)?

A
  • Normaal Gamma-GT (ook bij PFIC, maar dat is progressief)
  • Aanvallen van cholestase
  • type 1: galzouten, type 2: fosfolipiden
  • Symptoom bestrijding met rifampicine of plasmaferese
38
Q

Wat zijn kenmerken van drug induced lever injury (DILI)?

A
  • Gaat vaak vanzelf over
  • Kan dosis afhankelijk of onafhankelijk zijn
  • Eosinofielen in biopt
39
Q

Wat betekent verhoogd GGT zonder verhoging van alkalische fosfatase?

A

Geen cholestase, oorzaak vaak alcohol of medicatie

40
Q

Wat is de behandeling bij intra- of extra-hepatische oorzaak van cholestase?

A

Intra-hepatisch: medicamenteus

Extra-hepatisch: chirurgisch

41
Q

Wat betekent pijn en koorts bij cholestase?

A

Zeer waarschijnlijk een met galstenen geassocieerde infectie

42
Q

Wat is het Syndroom van Crigler Najjar?

A

Mutatie in het gen dat codeert voor UGT, dit leidt tot stapeling van ongeconjugeerd bilirubine wat kan leiden tot ernstige hersenschade