1C1 week 4 HC 3 & 4 IBD Flashcards

1
Q

Welke typen inflammatoire darmziekten zijn er?

A
  • Colitis ulcerosa
  • Ziekte van Crohn
  • Unclassified
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn kenmerken van Morbus Crohn?

A
  • Van mond tot kont
  • Transmuraal, discontinu
  • Fistelvorming, absessen, granulomen
  • > 50% ileocolitis, rectum vaak vrij van ontsteking
  • > diarree, malabsorptie, buikpijn
  • > vaak extra-intestinale manifestaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn kenmerken van colitis ulserosa?

A
  • Alleen in dikke darm, begin bij rectum
  • Oppervlakkig, continu
  • Geen fistels, wel crypt absessen
  • > procitis, linkszijdig colitis, pancolitis
  • > diarree, bloed en slijm, darmkrampen
  • > minder vaak extra-intestinale manifestaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke extra-intestinale manifestatie komt vaak voor bij colitis ulserosa?

A

PSC: primaire scleroserende cholangitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn kenmerken van azathioprine (Imuran)?

A
  • Immunosupressiva als onderhouds therapie

- Bijwerkingen: afbraak rode bloedcellen (beenmerg toxiciteit), huidkanker, pancreatitis, leverontsteking en lymfoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn kenmerken van infliximab?

A
  • Anti TNF, dus remt ontsteking (biological)
  • Inductie therapie
  • Bijwerkingen: infecties, allergieën, TBC/HIV/hepatitis reactivatie, maligniteiten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kun je ontsteking in de darm aantonen?

A
  • Fecaal calprotecine in faeces

- CRP en BSE in bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke inductie medicatie zijn er?

A
  • Corticosteroïden
  • Biologicals
  • 5-ASA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke remissie onderhoud medicatie zijn er?

A
  • 5 ASA

- Immunosupressiva

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn kenmerken van corticosteroïden?

A

Prednison, tacrolimus en budesonide

- Bijwerkingen: hypertensie, infecties, diabetes, osteoporose, gewichtstoename

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn kenmerken van 5 ASA?

A

Mesalazine en sulfasalazine

- Bijwerkingen: hoofdpijn, misselijkheid, uitslag, pancreatitis, nefritis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke biologicals zijn er?

A
  • Anti TNF: infliximab, adalimumab, golimumab
  • a4b7 antagonist: vedolizumab
  • Anti IL12/IL23: unstekinumab
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke immunosuppresiva zijn er en wat zijn bijwerkingen?

A

Mecraptopurine (6MP), azathioprine en methotrexaat

- Bijwerkingen methotrexaat: kaalheid, leverontsteking, teratogeen (want foliumzuur antagonist), griep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is clostridium en hoe kan dit stapsgewijs behandelt worden?

A

Opvlamming na infectie door antibiotica gebruik

  • Prednison en vancomycine
  • Ciclosporine en vedolizumab
  • Faeces transplantatie
  • Subtotale colectomie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat leidt tot IBD?

A

Erfelijke factoren, omgevingsfactoren en microbioom

-> Overexpressie pro-inflammatoire cytokines (immunologische component)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke diagnostiek kan gebruikt worden bij het vaststellen van IBD?

A

Bloed en ontlasting onderzoek, endoscopie, biopsie, MRI, functionele testen, CT

17
Q

Waar moet je op letten bij lichamelijk onderzoek met verdenking op IBD?

A

Fistels, afname gewicht, massa’s, oedeem

18
Q

Wat is de differentiaal diagnose bij IBD?

A
  • Vasculair: ischemie
  • Infectieus: IBD
  • Trauma: volvulus
  • Auto-immuun: coeliakie
  • Medicatie gerelateerd
  • Iatrogeen: na radiatie
  • Neoplasma: maligniteit
  • Endocrien: menstruatie
  • Congenitaal
  • Degeneratief
  • Bacterieel: bijv salmonella
  • Viraal: CMV
  • Parasieten
  • Niet-infectieus: divertikels
19
Q

Wat is vaak een complicatie bij Crohn?

A

Stenose van dunne darm

20
Q

Wat is calprotectine?

A

Een calcium en zink bindend eiwit, afkomstig van ontstekingscellen

21
Q

Welke extra-intestinale manifestaties komen voor bij IBD?

A
  • Huidafwijkingen: pyoderma gangrenosum, erythema nodosum
  • Ogen: episcleritis, uveitis
  • Gewrichtspijn: artitis
  • PSC
22
Q

Wat wordt bij kinderen vaak gegeven voorgaand aan behandeling en waarom?

A

Sondevoedingstherapie

- Gewichtstoename en vermindering inflammatie

23
Q

Welke medicatie wordt vooral bij colitis ulserosa gegeven?

A

5-ASA of sulfasalazine

24
Q

Welke medicatie werkt tegen fistels?

A

Anti-TNF

25
Q

Hoe verloopt de behandeling piramide bij IBD?

A
  1. 5 ASA of sulfasalazine (bij ulserosa)
  2. Prednison of budesonide
  3. Immunosupressiva
  4. Biologicals
  5. Chirurgie
26
Q

Wat vraag je bij de anamnese bij verdenking op IBD?

A

Duur, familie, reizen, medicatie, gewichtsverlies, veranderd ontlastingprobleem, koorts, andere klachten, vermoeidheid, bloed en slijm, uitlokkende factoren

27
Q

Wat is JAK STAT?

A

Een klein anti inflammatoir medicijn

28
Q

Hoe heten overblijfselen van aambeien?

A

Skin tags

29
Q

Welke soorten fistels komen het meest voor?

A

Perianaal

30
Q

Waar moet rekening mee worden gehouden bij IBD en zwangerschaps wens?

A
  • Geen methotrexaat en anti-TNF
  • Het liefst 1 jaar in remissie en geen actieve inflammatie
  • Erfelijkheid is 5%
31
Q

Wat is ciclosporine en wanneer wordt het gebruikt?

A

Calcineurineremmer

  • Als inductie en onderhoud
  • Bij pyoderna grangrenosum en als andere medicatie niet werkt