1. Inleiding Bestuurlijke InformatieVerzorging / Administratieve Organisatie Flashcards

1
Q

Wat is de definitie van bestuurlijke informatieverzorging?

A

Alle werkzaamheden gericht op het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van gegevens met als doel informatie te verstrekken ten behoeve van het besturen, doen functioneren en beheersen van de organisatie alsmede ten behoeve van het afleggen van verantwoording

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de definitie van AO (administratieve organisatie)?

A

De administratieve organisatie omvat het gehele complex van organisatorische maatregelen dat direct of indirect betrekking heeft op de goede werking van de bestuurlijke informatieverzorging.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Op welke manieren kan informatie worden onderverdeeld?

A
  • Naar niveau (strategisch, tactisch en
    operationeel).
  • Financieel en niet-financieel.
  • Intern en extern.
  • Naar doel:
  • In het kader van het delegeren van taken
    en het afleggen van verantwoording.
  • Voor het nemen van beslissing.
  • Ten behoeve van het doen functioneren
    van de organisatie.
  • Bestuurlijke en niet-bestuurlijke
    informatie.
  • Formeel en informeel.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het verschil tussen horizontale en verticale informatiestromen?

A

Horizontale informatiestromen zijn informatiestromen tussen afdelingen op hetzelfde niveau. Verticale informatiestromen zijn informatiestromen tussen verschillende hiërarchische niveaus binnen de organisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke stappen moeten worden genomen bij het oplossen van problemen?

A
  • Het probleem helder formuleren.
  • Het probleem analyseren.
  • Alternatieve oplossingen formuleren.
  • Een oplossing kiezen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke factoren beïnvloeden de keuze voor centralisatie of decentralisatie?

A
  • Maatschappelijke ontwikkelingen.
  • Motivatie en betrokkenheid personeel.
  • Afweging tussen kosten en baten van
    decentralisatie.
  • Gebruikerseisen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Binnen de Balanced Scorecard worden vier verschillende perspectieven onderscheiden. Welke zijn dit?

A
  • Financiëel
  • Intern
  • Klanten
  • Innovatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke aandachtspunten zijn te onderkennen wanneer men werkt met de Balanced Score-card?

A
  • De kritische succesfactor moet een richting
    aangeven (goed, acceptabel, sterk enz.).
  • PI moet aansluiten bij de geformuleerde
    KSF
  • PI moet meetbaar zijn
  • Indien van toepassing denk dan aan de
    periode afbakening (aantal klachten per
    maand / omzet in euro’s per kwartaal
    enz.).
  • De doelstelling moet direct aansluiten met
    de geformuleerde prestatie-indicator.
  • De doelstelling moet een richtlijn bevatten
    (maximaal / minimaal / ten hoogste / ten
    laagste).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer is een Balanced Scorecard in balans?

A

Een balanced scorecard is in balans wanneer aan alle perspectieven binnen de balanced scorecard evenveel aandacht wordt besteed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke drie verschillende beslissingsniveaus kunnen worden onderscheiden binnen een onderneming?

A
  • Strategisch
  • Tactisch
  • Operationeel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Uit welke vijf fasen bestaat de managementcyclus?

A
  • Plannen
  • Inrichten
  • Uitvoeren
  • Evalueren
  • Bijsturen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de rol van de accountant binnen de interne beheersing van de onderneming?

A

De accountant heeft geen directe functie in de interne beheersing van de onderneming. Uiteraard kan hij wel een adviserende rol vervullen ten aanzien van de interne beheersing. Bij beursgenoteerde ondernemingen moet de accountant in het kader van de code Tabaksblat wel een verklaring afgeven over de effectiviteit van de interne beheersings-systemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de rol van de controller binnen een onderneming?

A

De controller is de functionaris die zich vooral bezighoudt met de bedrijfeconomische analyse van het gebeuren in de organisatie. Hij is als het ware het financieel geweten van de organisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waarom is het bepalen van de typologie van een onderneming van belang?

A

De typologie is bepalend voor de wijze waarop de volledigheid van de verantwoorde opbrengsten kan worden gewaarborgd. Daarnaast heeft de typologie invloed op de informatiebehoefte van de leiding van een onderneming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke verschillende handelsondernemingen worden onderscheiden?

A

Er worden handelsondernemingen onderscheiden die voornamelijk op rekening verkopen en handelsondernemingen met voornamelijk contante verkopen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe wordt de soll-positie van de te verantwoorden opbrengsten opgebouwd bij een handelsonderneming?

A

BV + I -/- EV = verkocht (let op, de prijsgrondslag van alle variabelen moet hierbij wel hetzelfde zijn).

17
Q

Waarom is de inventarisatie van geld en goederen van essentieel belang bij een handelsonderneming?

A

De inventarisatie kan worden gezien als het sluitstuk op de interne controle. Wanneer in de formule zoals geformuleerd bij de voorgaande vraag de variabelen BV en/of EV niet juist zijn of niet overeenkomen met de daadwerkelijk aanwezig voorraad, dan is het mo¬gelijk dat iemand goederen aan de onderneming heeft onttrokken zonder dat daar een opbrengst tegenover staat. Dit wordt zonder inventarisatie niet ontdekt.

18
Q

Welke verschillende productieondernemingen worden onderscheiden?

A
  • Productie op voorraad.
  • Massamaatwerk.
  • Productie op order.
  • Agrarische bedrijven.
19
Q

Welk risico is aanwezig wanneer er sprake is regiewerk en aanneemcontracten binnen één bedrijf?

A

Er is hier dan sprake van verschuivingsgevaar door boeken van uren op foutieve projecten. Wanneer uren geboekt worden op regie projecten die betrekking hadden op aanneem projecten wordt hiermee door de productieafdeling mogelijk inefficiënt werken verbloemd. Wanneer uren geboekt worden op aanneem projecten die betrekking hadden op regie contract projecten wordt mogelijk de opbrengst onvolledig.

20
Q

Wat is het verschil tussen een productiebedrijf en een agrarisch bedrijf?

A

Bij een productiebedrijf zijn de normen harder. Bij agrarische bedrijven zijn er verschillende (niet beïnvloedbare) factoren die de goederenbeweging beïnvloeden, zoals het weer en ziektes e.d..

21
Q

Leg kort uit wat ‘massamaatwerk’ in houdt.

A

Massamaatwerk bedrijven zijn bedrijven waarbij de verschillende onderdelen op voorraad geproduceerd. Pas bij de uiteindelijke assemblage ontstaat een product naar wens van de klant.

22
Q

Bij bedrijven die elektronische capaciteit ter beschikking stellen is bedrijfscontinuïteit van essentieel belang. Welke beheersingsmaatregelen kunnen worden genomen om dit te waarborgen?

A
  • Goede back-up en recovery procedures.
  • Veilige opslagruimten.
  • Herstelpunten in bestanden en
    programmatuur.
  • Fysieke beveiliging ruimten hardware.
  • Computeruitwijkfaciliteiten.
  • Logische en fysieke beveiliging.
  • Antivirussoftware en firewalls.
23
Q

Wat is een quasigoed?

A

Een quasigoed is een goed dat waarde heeft, maar deze niet ontleend aan fysieke kenmerken of prestaties maar aan een dienst of product waarop het quasigoed recht geeft.

24
Q

Aan welke eisen moet een quasigoed voldoen om deze quasigoederenbeweging als beheersingsinstrument te kunnen gebruiken?

A
  • Het moet door een betrouwbare drukker zijn vervaardigd.
  • Het moet doorlopend genummerd zijn.
  • Er moet een separaat verzendadvies door
    de drukker naar de opdrachtgever worden
    gezonden dat aldaar door een andere
    functionaris wordt ontvangen dan de
    quasigoederen zelf.
  • Op het moment dat de quasigoederen aan
    de functionaris worden aangeboden die ze
    gaat verkopen, maakt degene die ze
    afgeeft een creatieregister aan.
  • Na afloop van de verkoopperiode worden
    de resterende quasigoederen
    geïnventariseerd en wordt een
    verbandscontrole gemaakt met de
    ontvangen gelden en de beginvoorraad.
25
Q

Welke beheersingsmaatregelen kunnen worden genomen bij overheidsinstanties?

A
  • De controle op de legitimiteit van de
    procedures en de wetten.
  • Functiescheiding tussen degenen die
    bepalen waaraan het geld wordt besteed
    en de controle daarop.
  • Analyse verschillen verantwoording en
    begroting.
  • Toezicht door onafhankelijke
    vertegenwoordigers van de burgers.
  • Controle door onafhankelijke partijen die
    de rechtmatigheid van gedane uitgaven en
    aangegane verplichtingen toetsen.
  • Heldere informatieverzorging over
    beleidsnota’s.