w11 tt Flashcards

1
Q

Bijwerkingen ssri

A
  • Missel
    • Diarree
    • Libidoverlies
    • Vertraagde ejaculatie
    • Hoofdpijn
    • Afname eetlust
    • Grotere bloedingsneiging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

joint attention

A

Het vermogen van kinderen om naar de ogen en het gezicht van iemand anders te kijken om informatie te verkrijgen over hoe die persoon zich voelt, waar die persoon naar kijkt of wat die persoon probeert te doen (1p). Het is ook het in staat zijn de blik van een iemand anders te volgen om vervolgens naar hetzelfde voorwerp te kijken (1p) en in staat zijn om de gezamenlijke aandacht vol te houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

dysartrie types

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem drie verschillen tussen autismespectrumstoornis en taalstoornis.

A

kinderen met een taalstoornis zullen vaker gebruik maken van non-verbale communicatie;
kinderen met ASS hebben ook vaak deviant taalgebruik (echolalie, voornaamwoorden verwisselen);
kinderen met een taalstoornis vertonen symbolisch spel, spontane spraak en reactie op vragen die gesteld worden maar kinderen met ASS meestal niet;
kinderen met een taalstoornis vertonen niet de eenzijdige interesses en stereotiepe gedragingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welk van de volgende enzymen speelt een rol bij catecholamine afbraak in de synapsspleet?

A

mono-amine-oxidase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Socratische dialoog

A

vragen stellen om de patiënt zelf te laten ontdekken (1p) waar zijn denkfouten (1p) zitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Volgorde behandelingen schizo

A
  • Olanzapine
    • Haloperidol
    • Clozapine
    • ECT
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

gedachtevlucht

A

Stoornis in de samenhang van het denken, zich uitend in het uitspreken van snel opeenvolgende gedachten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Lithium doseren

A

Op geleide van de bloedspiegel, die moet 0.8-1.2 mmol/L zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer vertraagde taalontwikkeling?

A

Bij minder dan 50 woorden (1p) op 24 maanden (1p)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is meest gevoelig voor antipsychotica

A

wanen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de DSM-5 criteria voor een persoonlijkheidsstoornis? (5p)

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

heroïne abstinentiesyndroom

A

geef clonidine
- is een sympaticus onderdrukker
- je wordt dus rustig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Capsaicine

A

Capsaicine is een agonist van TRPV-1 kanalen in nociceptoren van de tong.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Antipsychotica
high en low potency bijw

A

Antipsychotica
- High potency
○ Neuro bijw
- Low potency
Zorgen voor anticholinerge bijw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly