Urolithiasis-complex

Question 1

Urolithiasis-complex

Answer 1

Omvat cystitis, urethritis en urolithiasis.

Question 2

Classificatie van urolieten

Answer 2

• Één enkel mineraal: > 70% bestaat uit één mineraal.
• Samengestelde urolieten: ≥ 1 laag van mineralen, verschillend van de kern.
• Gemengde urolieten: bevatten meer dan één mineraaltype.

Question 3

Diagnose

Answer 3

Anamnese, symptomen, urineonderzoek (pH, kristalvorm, infecties), radiografie, echografie, bloedonderzoek (calcium, albumine, leverwaarden), analyse van de steen, resultaat van de behandeling.

Question 4

Kristallurie

Answer 4

• Betekent de aanwezigheid van kristallen in de urine.
• Verhoogt het risico op urolietvorming.
• Niet altijd een teken van ziekte.

Question 5

Bepalen van urine pH

Answer 5

• Nuttig voor het bepalen van uroliettype, maar heeft beperkingen.
• Alkalische urine geassocieerd met struviet en calciumfosfaat, zure urine met uraat, calciumoxalaat, cystine en silicaat.

Question 6

Urolithiasis - factoren bij de ontwikkeling

Answer 6

Concentratie aan bouwstenen, volume van de urine, pH van de urine, tijd dat de urine in de blaas aanwezig is, promotoren en inhibitoren.

Question 7

Relatie obesitas - urolieten

Answer 7

• Obese dieren hebben vaak minder wateropname en plassen minder.
• Vet is niet inert en kan bijdragen aan urolietvorming.

Question 8

Behandeling

Answer 8

• Zonder obstructie: urine analyseren, dieetbehandeling, al dan niet antibioticum.
• Met obstructie: druk wegnemen, urine analyseren, dieetbehandeling/operatie.

Question 9

Preventie

Answer 9

Voeding, operatie (cystotomie, lithotripsie), urohydropropulsie.

Question 10

Dieetbehandeling

Answer 10

Verhoogde wateropname met behulp van een waterfontein, vers drinkbaar water, blikvoeding, water aan droogvoer toevoegen, meer drinkbakjes.