Nutritionele ondersteuning bij diabetes mellitus Flashcards

1
Q

Problemen in regulatie bloedglucosegehalte (Hond)

A

insuline tekort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Problemen in regulatie bloedglucosegehalte (Kat)

A

Insuline functioneert onvoldoende

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Problemen in regulatie bloedglucosegehalte (Algemeen)

A

Cellen niet in staat glucose op te nemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Verandering stofwisseling

A

Lichaamsvetten en -eiwitten worden gebruikt als energiebron in plaats van glucose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Symptomen van diabetes mellitus

A
  • Gewichtsverlies ondanks goede eetlust
  • Polyurie (veel plassen)
  • Polydipsie (veel drinken)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Therapie voor diabetes mellitus

A
  • Toedienen insuline
  • Regelmatige beweging
  • Nutritionele ondersteuning
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Doel van therapie bij diabetes mellitus

A
  • Beperken schommelingen in bloedsuikergehalte
  • Handhaven stabiel en ideaal lichaamsgewicht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Eigenschappen dieetvoeding voor regulering van glucosevoorziening

A
  • Verlaagd zetmeelgehalte
  • Glucosepiek na de maaltijd lager
  • Minder variatie in bloedglucosegehalte gedurende de dag
  • Lichaam moet zelf glucose maken uit eiwitten en vetten (gluconeogenese)
  • Betere regulatie van bloedglucosegehalte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Aangepast type en hoeveelheid koolhydraten in dieetvoeding

A
  • Helpt post-prandiale bloedglucosegehalte te verlagen
  • Laag koolhydraatgehalte / hoog eiwitgehalte
  • Vertraagt maaglediging en verlaagt snelheid van zetmeelafbraak
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Aanvullende eigenschappen van dieetvoeding (Vezels)

A
  • Verhoogd gehalte specifieke voedingsvezels
  • Psyllium beperkt de opname van glucose door darmcellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Aanvullende eigenschappen van dieetvoeding (Eiwit)

A
  • Verhoogd eiwitgehalte
  • Behoud spiermassa
  • Verhogen smakelijkheid van de voeding (voor kat)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Aanvullende eigenschappen van dieetvoeding (Arginine)

A

Ondersteunt functie pancreas bij optimaliseren insulineproductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Aanvullende eigenschappen van dieetvoeding (Antioxidanten)

A

Helpen te beschermen tegen schadelijke effecten van vrije radicalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Praktische tips: Start met dieetvoeding na diagnose

A
  • Ondersteunt regulatie van bloedglucosegehalte
  • Draagt bij aan kwaliteit van leven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Praktische tips: Beoordeling BCS na regulatie van DM

A
  • Overgewicht (BCS ≥ 7)  stap over naar voeding voor gewichtsverlies
  • Monitor bloedglucosegehalte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Afhankelijkheid van voeding, beweging en insuline dosering

A
  • Regelmatige levensstijl om glucosepieken te minimaliseren
  • Hond: insuline + maaltijd, 2x daags
  • Kat: insuline 2x daags + minimaal 2 maaltijden/dag
17
Q

Overstappen van voeding tijdens insuline behandeling

A
  • Langzaam overstappen in 2 weken
  • Monitor bloedglucosegehalte
  • Pas hoeveelheid aan waar nodig