spierstelsel 3 Flashcards
wat is spierspanning
trekkracht veroorzaakt door spiercellen die contraheren
door welke 2 factoren wordt mate van trakkracht bepaald
- frequentie van zenuwprikkeling (actiepotentialen)
- aantal actieve spiervezels (rekrutering)
wat is een eenvoudige spiercontractie
a. Cyclus van prikkeling
b. Niet effectief
wat is summatie
a. Herhaalde prikkelingen (voordat er volledige ontspanning is)
b. Spiercontracties worden krachtiger door toevoegen enkelvoudige spiercontracties
wat is onvolledige tetanus
a. Toename stimulusfrequentie (voor volledige ontspanning)
b. Verdere opbouw spanning (korte ontspanningsfases)
c. Normale spiercontracties
wat is volledige tetanus
a. Voortdurende spanning (geen ontspanningsfase)
b. Prikkels snel achter elkaar
c. Maximale trekkracht (beperkte tijd)
wat is een motorische eenheid
motorisch neuron én alle spiercellen die ze aanstuurt
waarom zitten motorische eenheden verspreidt in de spier
voor gelijkmatige trekkracht in zelfde richting
wat zorgt voor de verfijnde aansturing van een motorische eenheid
minder spieren per neuron
wat gebeurt er als een spier tijdelijk inactief is
afbraak contractiele eiwitten
kan hersteld worden door bv oefeningen (fysiotherapie)
wat als een spier langdurig inactief is
spiervezels worden vervangen door bindweefsel
irreversibel
wat is rekrutering
activering van meer motorische eenheden om spierspanning verhogen
wat gebeurt er tijdens kort en krachtige rekrutering
alle motorische eenheden worden gebruikt
wat gebeurt er tijdens langdurige rekrutering
afwisselen motorische eenheden worden gebruikt
wat is spiertonus
rustspanning in skeletspier
Spier heeft beperkte spontane activiteit van neuron
waarvoor zorgt spiertonus
Niet sterk genoeg voor contractie maar helpt met stevigheid spier
Zorgt voor stabilisatie beenderen/gewrichten + lichaamshouding
Voorkomen van spieratrofie
wat zijn de soorten spiercontracties
isotone spiercontracties
isometrische spiercontracties
wat zijn isotone spiercontracties
o Constante spierspanning maar wisselende spierlengte
o Optillen zware doos, wandelen, lopen
wat zijn isometrische contracties
o Constante spierlengte maar wisselende spierspanning
o Zware doos vasthouden, duwen tegen een dichte deur
wat zorgt voor spierrelaxatie
o Elastische krachten van weefsels
o Contractie van tegengesteld werkende spieren
o Effect van zwaartekracht
waardoor ontstaat spiervermoeidheid
- Lage PH door ophoping melkzuur (sprinters)
- Weinig ATP (lange afstandslopers)
wat is de herstelfase
nodige tijd om naar oorspronkelijk energieniveau terug te keren
wat is zuurstofschuld
extra zuurstof die tijdens de herstelfase nodig is om het normale niveau van vóór de inspanning te herstellen
- Sneller/dieper ademhalen (hijgen)
wat zijn de factoren die spierprestaties bepalen
type skeltspiervezels en lichaamelijke conditie
wat zijn de types skeletspiervezels
trage vezels (rode spieren)
snelle vezels (witte spieren)
wat zijn de kenmerken van trage vezels/ rode spieren
a. Kleine diameter, veel bloedvaten (voor O2), veel myoglobine (opslaan O2), veel mitochondriën
b. Trage maar langdurige contracties
wat zijn kenmerken van snelle vezels/ witte spieren
a. Grote diameter, veel myofibrillen, veel glycogeen, weinig mitochondiën
b. Krachtige korte contracties
wat zijn de soorten uithoudingsvermogens bij lichaamelijke conditie
- Anaeroob uithoudingsvermogen
- Aeroob uithoudingsvermogen
wat is Anaeroob uithoudingsvermogen
Tijd waarin een spier kan samentrekken onder anaerobe omstandigheden (zonder O2)
snelle/witte spiervezels
korte afstanden lopen/zwemmen, hoogspringen, gewichtheffen
wat is Aeroob uithoudingsvermogen
o Tijd waarin een spier kan samentrekken onder aerobe omstandigheden (met O2)
o Trage/rode spiervezels
Vb lange afstanden lopen/zwemmen
wat doet training
hypertrofie = toename in diameter van spiervezels