hormoonstelsel 4 Flashcards

1
Q

wat produceren de testes

A

Interstitiële cellen geven androgenen af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat produceren de ovaria

A

Follikelcellen geven oestrogenen af
Cellen van corpus luteum geven progesteron af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat produceert de placenta

A

verschillende hormonen tijdens zwangerschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn antagonistische hormonen

A

tegengesteld effect
insuline - glucagon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat zijn synergetische hormonen

A

versterkend effect
GH (groeihormoon) - cortisol
verhogen bloedsuikerspiegel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

welke hormonen beinvloeden de groei

A
  • groeihormoon
    (eiwitsynthese + celgroei)
  • schildklierhormoon
    (ontwikkeling skelet + zenuwstelsel)
  • insuline
    (Aanvoer van voedingsstoffen (glucose))
  • parathyroïdhormoon + calcitrol
    (Opname van calcium = opbouw beenweefsel)
  • voortplantingshormonen
    (activiteit osteoblasten en secundaire geslachtskenmerken)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is stress

A

Elke toestand die de homeostase bedreigt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zijn oorzaken van stress

A
  • lichamelijk
  • emotioneel
  • omgeving
  • stofwisseling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is het algemeen adaptatiesyndroom

A

patroon van hormonale en fysiologische reacties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is de alarmfase

A

onmiddellijke reactie van sympathisch zenuwstelsel -> adrenaline

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is de weerstandsfase

A

stress van langere duur -> glucocorticoïden -> overschakelen op andere energiereserves (oa vetten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is de uitputtingsfase

A

vetzuurreserves uitgeput -> falen van orgaanstelsels -> dodelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welk gedrag wordt beinvloed door geslachtshormonen

A

Testosteron -> agressief, zelfzeker
Oestrogeen -> seksueel ontvankelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

welk gedrag wordt beinvloed door schildklierhormonen

A

Overmaat -> zenuwachtig, rusteloos
Tekort -> sloom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

welke hormonen worden door ouderdom beinvloed

A

geslachtshormonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat doet ouderom met het lichaam (op basis van hormonen)

A

Verminderde reactie van weefsels op hormonen