Religious culture in early modern Europe Flashcards
Wat was het belangrijkste gevolg van de Reformaties van de zestiende eeuw voor Europa?
Het belangrijkste gevolg was dat Europeanen diep verdeeld raakten en bleven in religieuze aangelegenheden.
Hoe veranderden de religieuze grenzen van Europa na de conclusie van de Dertigjarige Oorlog in 1648?
De religieuze grenzen stabiliseerden en werden duidelijker, waarbij verschillende regio’s ofwel katholiek, luthers of gereformeerd werden.
Wat wordt bedoeld met “confessionalisering”?
Confessionalisering verwijst naar het proces waarbij zowel protestantse als katholieke heersers streefden naar meer uniforme en gehoorzame samenlevingen door nauw verbonden te zijn met een bepaalde religieuze overtuiging.
Welke documenten dienden als de kern van de geloofsbelijdenis voor de verschillende religieuze groeperingen?
Voor de Lutherse was dit meestal de Augsburgse Confessie van 1530 en het Boek van Concord dat werd overeengekomen door Lutherse steden en gebieden in 1580. Voor de katholieken waren dit de decreten van het Concilie van Trente, en voor de Gereformeerden waren dit de zogenaamde Helvetische Geloofsbelijdenissen van 1536 en 1566, evenals de verklaringen van gereformeerde orthodoxie die werden overeengekomen tijdens het Synode van Dordrecht in Nederland in 1619.
Hoe reageerden zowel de protestantse als katholieke autoriteiten op de veranderingen in de religieuze identiteit van de gewone mensen?
Ze probeerden de moraliteit en cultureel gedrag van gewone mensen nauwkeuriger te reguleren en hen te dwingen zich te conformeren aan officiële en territoriale normen.
Wat betekent “sociale discipline” in de context van de tekst?
Het verwijst naar de drang van zowel politieke als kerkelijke autoriteiten om het morele en culturele gedrag van gewone mensen nauwkeuriger te reguleren en hen te dwingen zich te conformeren aan officiële en territoriale normen.
Wat waren enkele kenmerken van de religieuze cultuur in protestantse gebieden na de Reformatie?
Ondanks het officiële standpunt dat wonderen ophielden na de tijd van de apostelen, was er nog steeds een intense interesse in goddelijke voorzienigheid en geloof in bovennatuurlijke verschijnselen zoals geesten en poltergeisten.
Hoe wordt de relatie tussen officieel protestantisme en populaire religieuze cultuur beschreven?
Hoewel er af en toe spanningen waren, was het protestantisme in staat om zijn eigen herkenbare en populaire vormen van religieuze expressie te genereren, waarbij het anti-katholicisme en nationalistische sentimenten zich vermengden in volksuitingen zoals jaarlijkse herdenkingen.
Wat was een bijna universeel gevolg van de Reformaties voor Europese samenlevingen?
Een bijna universeel gevolg was de aanwezigheid van religieuze minderheden die een uitdaging vormden voor de basisaanname van vroegmoderne heersers dat politieke eenheid en stabiliteit afhankelijk waren van religieuze uniformiteit.
Wat waren enkele reacties van zowel katholieke als protestantse autoriteiten op religieuze minderheden, met name de Anabaptisten?
Zowel katholieke als protestantse autoriteiten waren buitengewoon intolerant ten opzichte van de vrijdenkende radicalen die vaak worden geïdentificeerd als Anabaptisten. Deze groepen werden vaak vervolgd en geëxecuteerd, vooral vanwege hun afwijzing van fundamentele religieuze en maatschappelijke principes.
Wat waren enkele tactieken die werden gebruikt om religieuze non-conformisten toe te staan hun geloof uit te oefenen in gebieden waar slechts één religie officieel was toegestaan?
Een tactiek was om religieuze non-conformisten heimelijk de grens over te laten steken naar naburige staten van een andere religieuze overtuiging voor aanbidding, bekend als “Auslauf” in Duitsland. Een andere tactiek was om onofficieel plaatsen van dissidente aanbidding toe te staan, mits ze van buitenaf geen indicatie gaven dat ze een kerk waren.
Wat was de houding van vroegmoderne samenlevingen ten opzichte van religieuze tolerantie?
Religieuze tolerantie was over het algemeen geen kenmerk van grote of politiek gefragmenteerde staten. In plaats daarvan was het meestal een kenmerk van kleinere of politiek gefragmenteerde staten. Pas tegen het einde van de achttiende eeuw werd religieuze pluraliteit algemeen geaccepteerd in grote monarchieën, zij het vaak met beperkingen op de vrijheid van aanbidding.
Hoe verschilde de houding ten opzichte van religieuze tolerantie van de houding van tolerantie?
Tolerantie was een sociale praktijk in plaats van een houding van geest, waarbij dissidenten vaak met tegenzin werden getolereerd vanwege pragmatische redenen zoals het vermijden van religieuze burgeroorlog, in plaats van dat er een echte acceptatie was van diversiteit en begrip voor tegenovergestelde standpunten.
Welke nieuwe vormen van vroomheid ontstonden er tijdens de confessionalisering?
Tijdens de confessionalisering ontstonden er nieuwe vormen van vroomheid, zoals de Nadere Reformatie in Nederland en het Puritanisme in Engeland, die streefden naar verdere spirituele vernieuwing binnen de bestaande religieuze structuren.
Wat waren enkele kenmerken van het Pietisme in Duitsland en Scandinavië?
Het Pietisme, dat ontstond als reactie op de strikte Lutherse orthodoxie, legde een grotere nadruk op de Bijbel en een praktische, individuele ervaring van vroomheid. Het leidde tot de oprichting van collegia pietatis en had invloed op de vorming van afzonderlijke religieuze gemeenschappen zoals de Moravische Broeders.