Prevalentie/diagnostiek, HFDST 8.1, deel 2/3 Flashcards
1
Q
Welke 3 kenmerken van sperma worden onderzocht?
A
- Beweeglijkheid
- Concentratie
- Morfologie
2
Q
Voorwaarden voor een goed spermaonderzoek (3)
A
- Abstinentieduur (2-5 d)
- Transportduur (max 60 min)
- Temperatuur (min 20, max 37 graden)
3
Q
Normale volume spermastaal
A
Tussen 1,5-6 mL
4
Q
Waar zegt volume sperma niets over?
A
Kwaliteit vd staal
5
Q
3 vormen van beweeglijkheid sperma
A
- Progressief
- Niet-progressief (wel beweeglijk)
- Immotiel
6
Q
Hoeveel % moet min. beweeglijk zijn voor ‘normaal’ sperma?
A
Min. 40% beweeglijk
Min. 32% progressief
7
Q
Naam te lage motiliteit
A
Asthenospermie
8
Q
Hoeveel spermacellen per mililiter (concentratie) om als ‘normaal’ te categoriseren?
A
Boven 15 milj.
9
Q
Hoe wordt te lage concentratie genoemd?
A
Oligospermie
10
Q
Hoeveel % moet perfect normale vorm hebben voor ‘normaal’ sperma?
A
Min. 4%
11
Q
Hoe wordt het genoemd als iemand minder dan 4% normale morfologie heeft?
A
Teratospermie