phrases-clés chapitre 1 Flashcards
heb je een leuke vakantie gehad?
tu as passé de bonnes de vacances?
waar ben je naartoe geweest?
tu as été où?
ja, het was super!
oui, c’était super!
ik ben in nice geweest.
j’ai été à nice.
was het mooi weer?
il a fait beau?
met wie?
avec qui?
met mijn ouders en mijn broer.
avec mes parents et mon frére.
ik heb brussel bezocht.
j’ai visité bruxelles.
ik heb gefietst.
j’ai fait du vélo.
ja, het was warm.
oui, il fait chaud.
wat heb jij deze zomer gedaan?
qu’est ce que tu as fait cet été?
het was 28 graden.
il fait a 28 degrés.
ik ben met mijn vrienden naar het strand geweest.
j’ai été à la plage avec mes copains.
ja, we hebben gekampeerd.
oui, on a fait du camping.
het was geweldig!
c’etait génial!
hoe was het?
c’etait comment?
heb je frans gesproken?
tu as parlé français?
hebben jullie gekampeerd?
vous avez fait du camping?
ja, ik heb frans gesproken.
oui, j’ai parlé français.
nu heb ik veel franse vrienden.
maintenant, j’ai beaucoup d’amis français
nee, we zijn in een hotel geweest.
non, on a été à l’hôtel.
tu as passé de bonnes de vacances?
heb je een leuke vakantie gehad?
tu as été où?
waar ben je naartoe geweest?
oui, c’était super!
ja, het was super!
j’ai été à nice.
ik ben in nice geweest.
il a fait beau?
was het mooi weer?
avec qui?
met wie?
avec mes parents et mon frére.
met mijn ouders en mijn broer.
j’ai visité bruxelles.
ik heb brussel bezocht.
j’ai fait du vélo.
ik heb gefietst.
oui, il fait chaud.
ja, het was warm.
qu’est ce que tu as fait cet été?
wat heb jij deze zomer gedaan?
il fait a 28 degrés.
het was 28 graden.
j’ai été à la plage avec mes copains.
ik ben met mijn vrienden naar het strand geweest.
oui, on a fait du camping.
ja, we hebben gekampeerd.
c’etait génial!
het was geweldig!
c’etait comment?
hoe was het?
tu as parlé français?
heb je frans gesproken?
vous avez fait du camping?
hebben jullie gekampeerd?
oui, j’ai parlé français.
ja, ik heb frans gesproken.
maintenant, j’ai beaucoup d’amis français
nu heb ik veel franse vrienden.
non, on a été à l’hôtel.
nee, we zijn in een hotel geweest.
