grammaire chapitre 3 Flashcards
1
Q
aanwijzend voornaamwoord
mannelijk enkelvoud
A
ce
2
Q
aanwijzend voornaamwoord
mannelijk meervoud
A
ces
3
Q
aanwijzend voornaamwoord
vrouwelijk enkelvoud
A
cette
4
Q
aanwijzend voornaamwoord
vrouwelijk meervoud
A
ces
5
Q
aanwijzend voornaamwoord
mannelijk met h of klinker enkelvoud
A
cet
6
Q
aanwijzend voornaamwoord
mannelijk met h of klinker meervoud
A
ces
7
Q
je veux
A
ik wil
7
Q
tu veux
A
jij wilt
8
Q
il/elle veut
A
hij/zij wil
9
Q
on veut
A
wij willen
10
Q
nous voulons
A
wij willen
10
Q
vous voulez
A
jullie willen/u wilt
11
Q
ils/elles veulent
A
zij willen
12
Q
je peux
A
ik kan/mag
13
Q
tu peux
A
jij kunt/mag