grammaire chapitre 2 Flashcards
1
Q
mannelijk enkelvoud goed
A
bon
2
Q
mannelijk meervoud goed
A
bons
3
Q
vrouwelijk enkelvoud goed
A
bonne
4
Q
vrouwelijk meervoud goed
A
bonnes
5
Q
mannelijk meervoud mooi
A
beaux
5
Q
mannelijk enkelvoud mooi
A
beau
6
Q
vrouwelijk enkelvoud mooi
A
belle
7
Q
vrouwelijk meervoud mooi
A
belles
8
Q
mannelijk enkelvoud nieuw
A
nouveau
9
Q
mannelijk meervoud nieuw
A
nouveaux
10
Q
vrouwelijk enkelvoud nieuw
A
nouvelle
10
Q
mannelijk meervoud oud
A
vieux
11
Q
vrouwelijk meervoud nieuw
A
nouvelles
11
Q
mannelijk enkelvoud oud
A
vieux
12
Q
deze 6 werkwoorden staan als enige voor het zelfstandig naamwoord
A
1.bon = goed
2.beau = mooi
3.grand = groot
4.nouveau = nieuw
5.petit = klein
6.vieux = oud