Milieu en gezondheid Flashcards

1
Q

Ziektes door luchtverontreiniging

A
  • Beroertes, MI
  • Astma ontwikkeling/exacerbaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

In baarmoeder

A

Kleiner hoofd, lager geboorte gewicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

baby/kleuter

A

Ontwikkelingsproblemen, meer wheezing en hoesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kind

A

langzamere ontwikkeling longfunctie, astma, atherosclerose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Volwassen

A

Vermindering longfunctie, astma, DM2, MI, longkanker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ouderen

A

Achteruitgang longfunctie, astma, DM2, minder cognitie, MI, strokes, longkaker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

4 pijlers van Medische Milieukunde

A
  • Toxicologie
  • Communicatie
  • Epidemiologie
  • Politiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Milieukunde

A

milieunormen
- Wetenschap
- Interactie tussen organismen en omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Medische milieukunde

A

gezondheidsnormen
- Medisch specialisme
- Invloed omgeving op gezondheid mens
- Beschermen en bevorderen gezondheid
- Beperken risico’s en stimuleren positieve factoren
- Individu en groepen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

gevaar

A

heeft de potentie om je te beschadigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

risico

A

kans dat gevaar je beschadigd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

risicobeoordeling

A

Begint met gevaar, daarna blootstelling.
* soort verontreiniging
* is er blootstelling geweest?
* wat is de mate van blootstelling
* worden er gezondheidskundige normen overschreden?
* welke maatregelen moeten getroffen worden?
* omgaan met onrust en risicocommunicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Soorten vraagstellingen

A
  1. Kan blootstelling gezondheidseffecten geven?
  2. Kan ziekte veroorzaakt zijn door blootstelling?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Blootstelling effectrelaties

A
  • Dezelfde blootstelling kan meerdere ziektes veroorzaken
  • Dezelfde ziekte kan meerdere oorzaken hebben
  • Milieufactoren meestal niet DE oorzaak, maar wel bijdragen aan ontwikkeling en ernst ziekte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Lood

A

Kinderen (0-7) zijn risicogroep door veel hand-mondcontact. Er is een nadelig effect van lood op het leervermogen (IQ-puntenverlies). Loodinname kinderen is sterk gedaald, maar kan nog beter. Geringe IQ daling op individueel niveau is het niet meetbaar. Op populatieniveau wel effecten merkbaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Asbest

A

De kans op kanker door 1 asbestvezel is 1 op de biljoen. In Nederland ademt iedereen gemiddeld miljoenen asbestvezels in zijn/haar leven in. Kan leiden tot longkanker en mesothelioom. Er zit 10-60 jaar tussen het contact met asbest en het optreden van kanker. Bij eierstokkanker en strottenhoofdkanker is er geen blootstelling-effectrelatie bekend. De kans is veel kleiner dan de kans op longkanker of mesothelioom.

17
Q

Hoofdwet medische milieukunde

A

Mensen zijn bang voor zaken waarvan ze niet ziek worden en worden ziek van zaken waarvoor ze niet bang zijn.

18
Q

Signallering RIVM

A
  • roken
  • klimaatverandering
  • medicijnen in oppervlakte water door vergrijzing
  • verstedelijking leidt tot meer drukte
  • meer microplastics
  • persoonsgerichte aanpak nodig
19
Q

Kernwaarden gezonde leefomgeving

A
  • Woonomgeving
    o Rookvrije omgeving voor kinderen
    o Leefomgeving draagt bij aan gezond gewicht
    o Wonen en druk verkeer gescheiden
    o Functies goed gemengd, overlastgevende bedrijven staan op afstand
  • Mobiliteit
    o Actief vervoer is in beleid, ontwerp en gebruik de standaard
    o Tussen kernen zijn goede fiets en OV verbindingen
  • Gebouwen
    o Binnenklimaat is prettig en gezond
    o Minimaal 1 zijde van een woning is aangenaam
    o Er zijn voldoende betaalbare levensloopgeschikte woningen