Medicamenten Flashcards

1
Q

Benoem de 5 antihypertensiva (bloeddrukverlagers)

A
  1. ACE-remmers (-pril)
  2. B-blokkers (-lol)
  3. Calciumkanaalblokkers (-dipine)
  4. Diuretica
  5. AT-II-blokkers (-sartan)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem een cholesterol verlager

A

Simvastatine (-mab)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Noem een antidiabeticum

A

Metformine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is Omeplazol?

A

Maagzuurremmer, maagbeschermer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is simvastatine?

A

Cholesterol verlager

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is clopidogrel?

A

Anti-stolling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is atenolol?

A

bétablokker (bloeddrukverlager - vertraagd slag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is tramadol?

A

Pijnstiller (bijv. voor na operatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat doet een diureticum?

A

verlagen van bloeddruk door afdrijven vocht (plastablet)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Noem 2 bloedverdunners. Welke soorten zijn dit?

A
  1. Ascal (acetylsalicylzuur)
  2. Plavix (clopidogrel)

TAR

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Noem 2 bloeddrukverlagers (medicijnen)

A
  1. Beta-blokkers
  2. ACE-remmers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarvoor worden deze medicamenten gebruikt:

Diuretica (plastablet; overtollig vocht eruit)
β-blokkers (blokkeren de sympathische bèta 2-receptoren)
ACE-remmers (onderdrukken RAAS systeem-> meer vocht eruit)
Calciumantagonisten (minder sterke contractie van het hart)

A

Hypertensie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Bij welk medicament dient de INR te worden bepaald en wat voor soort is het?

A

Acenocoumarol (vit-k) = anticoagulatia

(Tromboseprofylaxe; preventie van een herseninfarct. Ook bij nieuwe klep)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is Thiaziden?

A

Een diureticum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarvoor dienen de deze medicamenten?
1 Beclometason
2. Ventolin(Salbutamol

A

COPD

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

medicatie voor Diabetes Mellitus type 2 (2)

A

Tolbutamine en metformine

17
Q

Waarvoor dient Metoprolol?

A

Verlagen van de bloeddruk (< snelheid en kracht hart)

18
Q

Waarvoor dient Perindopril?

A

Verlagen van bloeddruk (ACE)

19
Q

Waarvoor dient Rosuvastatine?

A

Verlagen cholesterol

20
Q

Wat is Citalopram?

A

Een SSRI (depressie)

21
Q

Wat is Amlodipine, wat voor soort?

A

Bloeddrukverlager: calciumantagonisten (hartslag minder krachtig)

oedeem

22
Q

Wat voor bijwerking kan Ventolin op de mond hebben?

A

Schimmelinfectie

Ook lage pH > erosie

23
Q

Wat kunnen bijwerkingen zijn van Metformine?

A

Maagdarmklachten, metaalsmaak

24
Q

Waarvoor dient isosorbidemononitraat

A

Het hart

25
Q

furosemide =

A

plastablet

26
Q

Waarvoor dient Madopar?

A

Parkinson