Man: Voortplantingsorganen Flashcards

1
Q

Voorplantingsorganen bij de volwassen man (3)

A
  1. Teelbal
  2. Bijbal
  3. Penis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Teelbal

A

Testis (testikel)
Balzak (scrotum)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Functies teelbal

A

Spermatogenese en steroidogenese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Spermatogenese

A

Aanmaak van zaadcellen (spermatozoa)
- In de zaadbuisjes/Tubuli seminiferi (contorti)
- Aan buitenkant van buisjes zijn kiemcellen
- Aanmaak van zaadcellen is een lang proces (66-72 dagen)
–> verbeteren van zaadcelaanmaak ga je niet direct zien (weken of maanden later pas zien) andersom ook wanneer er iets mis is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Steroidogenese

A

Aanmaak van hormonen
- In de Leydigcellen (zitten langs de buitenkant)
- Tussen kronkelbuisjes zitten cellen die testosteron gaan aanmaken
- Gebeurt in tussenstappen
- Komen van cholesterol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Tubuli seminiferi contorti

A

‘Gekronkelde’ zaadbuisjes
Tussen 30-80 cm lang
Zo’n 300-500 per teelbal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Prenatale ontwikkeling teelbal

A
  1. De testis ontstaan in de buurt van de nieren
    Teelbal komt niet zomaar in de balzak terecht
  2. Ze migreren naar het lieskanaal
  3. Ze komen via het lieskanaal in het scrotum terecht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Transabdominale fase

A

Migratie van teelballen naar het lieskanaal
- Onder invloed van insulin-like peptide 3
- INSL3 wordt gemaakt door de Leydigcel
- Hormoon wordt aangemaakt om indaling van teelbal in gang te zetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Inguinoscrotale fase

A

Migratie van teelballen via het lieskanaal naar het scrotum
- Onder invloed van testosteron
- Testosteron wordt gemaakt door de Leydigcel
- Testosteron wordt bij geboorte al aangemaakt om tot normale ontwikkeling en positie te komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Cryptorchidie

A

Teelbal zit niet in balzak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Risico’s van cryptorchidie

A
  • Risico op verminderde vruchtbaarheid
    –> lagere temp nodig om tot aanmaak van zaadcellen te komen
    –> T wordt niet beïnvloed door temp
  • Risico op teelbalkanker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Regeling temperatuur van teelbal

A
  • Netwerk van bloedvaten (aders) = plexus pampiniformis zorgt voor de warmteafvoer
  • Dunne huid balzak: weinig isolatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Tunica dartos

A

Spierlaag die zorgt voor rimpeling van scrotale huid (rugae)
- Ontspannen: meer warmteverlies
- Opgespannen: minder warmteverlies
- Ligt net onder de huid
- Weinig vet en weefsel zorgt voor weinig isolatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Musculus cremaster

A

Spierlaag die teelbal bij koude dichter tegen het lichaam aantrekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Varicocele

A

Spatader (verbreding van bloedvaten) in teelbal
–> werking van bloedvaten verloopt niet helemaal goed waardoor bloed gaat blijven staan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Gevolg van varicocele

A
  • Minder warmte afvoer waardoor temp iets hoger kan worden en een verstoorde spermaanmaak
  • Koorts
17
Q

Bijbal

A

Epididymis

18
Q

Functie van bijbal

A

Uitrijping van de zaadcellen
- Beweeglijkheid
- Mogelijkheid tot bevruchting van de eicel
Opslag van zaadcellen tot er een zaadlozing optreedt

19
Q

Zaadtransport (6)

A
  1. Zaadleiders
  2. Ejaculatieleiders
  3. Zaadblaasjes
  4. Prostaat
  5. Urinebuis
  6. Klier van Cowper
20
Q

Zaadleiders

A
  • Vas deferens = ductus deferens
  • Tussen bijbal en prostaat
    –> verbinden bijbal met prostaat
21
Q

Ejaculatieleiders

A
  • Ductus ejaculatorius
  • Gelegen in de prostaat
  • Tussen zaadleider en urinebuis
  • Ejaculatieleider maakt echt deel uit van de prostaat en is het laatste stukje van de zaadleiders (hoort wel nog bij de zaadleider)
22
Q

Zaadblaasjes

A
  • Vesiculae seminales
  • Liggen tegenaan de prostaat
  • Monden uit in de zaadleiders
  • Belangrijkste deel van het zaadvocht: Fructose (brandstof) en alkalische pH
  • Geur/smaak spermavocht
  • Draagt bij aan zaadvocht
23
Q

Functie alkalische pH

A
  • Overleving van de zaadcellen in zuur milieu van de vagina
  • Alkalisch = niet zuur
    –> zorgt voor tegengewicht tegen het zuur van de vagina, gaat ervoor zorgen dat de zaadcellen kunnen overleven in de vagina
24
Q

Prostaatvocht

A

Bevat enzymen:
- Sperma vloeibaarder maken
- Beweeglijkheid van zaadcellen in de vagina verbeteren
- Zaadcellen kunnen door het cervixslijm dringen

Prostaatvocht: 5% van ejaculatievolume
Levert ook bijdrage aan zaadvocht

25
Q

Urinebuis

A

Urethra
Alles komt samen in de urinebuis

26
Q

Klier van Cowper

A

Bulbourethrale klier
Voorvocht:
- Bevochtiging van urinebuis
- Neutraliseert resten urine in urinebuis

27
Q

Penis

A

Basis
Lichaam/schaft: Zwellichamen
Eikel: glans penis en voorhuid

28
Q

Zwellichamen

A

Corpora cavernosa (2)
–> belangrijkste zwellichamen omdat deze zorgen voor de erectie
Corpus spongiosum

29
Q

Eikel

A

Glans penis
Voorhuidsbandje
Voorhuid
Corona glandis

30
Q

Glans penis

A

Uiteinde corpus spongiosum

31
Q

Voorhuidsbandje

A

= frenulum (praeputii penis)
= toompje
Verbinding tussen eikel en voorhuid

32
Q

Corona glandis

A

basis van de glans

33
Q

Hypospadie

A
  • Probleem bij ontwikkeling van de urinebuis
  • De uitgang van de urinebuis (meatus) komt niet uit thv de eikel
  • Frequent: 1/200 tot 1/250 jongens
    –> lijkt meer en meer voor te komen
34
Q

Penislengte meten

A
  • Lengte in rust: normaal (6-11cm), micropenis (<5.2cm)
  • Gestrekte peniele lengte: normaal (9-16cm), micropenis (<8.5cm)
  • Lengte in erectie