Lesson 7-2 Flashcards

1
Q

Algemene aspecten van de chromatografie 11

A

Chromatografie berust op de ongelijke verdeling van de componenten van een mengsel over twee niet-mengbare fasen. In deze zin komt chromatografie overeen met extractie.
Mobiele fase (of eluens) en de stationaire fase.
De tijd in de mobile fase bepaalt de verdeling naar de stationaire fase.
Zones of banden on-line zichtbaar of off-line in vaten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vormen van chromatographie 12

A

Vloeistof- of gaschromatographie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Fasensystemen in de chromatographie 13

A

Succes van scheiding bepaald door verschil in verdelingscoëfficiënten van de componenten op het fasensysteem.
Gas-vastestof GSC, gas-vloeistof GLC, vloeistof-vast LSC, vloeistof-vloeistof LLC, ionwisseling IW, gelpermeatie GP.
Normal-phase als polariteit van vaste fase hoger dan mobile fase.
Schoteltal -hoogde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Fasesystemen, stabiliteit, intermoleculaire wisselwerkingen. 14

A

De stof zal zich bevinden waar die meest stabiel is.
Intermoleculaire wisselwerkingen:
London-dispersie - niet specifiek,
dipool-dipool (Keesom) specifiek
dipool-geinduceerde-dipool Debye specifiek
waterstofbrugvorming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Chromatogram 15

A

Aantal, hoeveelheid, identiteit van componenten.
De hoogste piek geeft kwantitatief informatie.
Retentietijd voor een component. Onvertraagde piek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Chromatogram, verdelingscoeffiient 16

A

Verdelingkoefficient K. Wet van Nernst. K.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Capacietietsfactor 16

A

k, hoeveel.
Fractie in beweging 1/(1+k). Fractie stationair k/(1+k). Migratiesnelheid u = v/(1+k). Retentietijd is kolomlengte/migratiesnelheid. Onvertraagde tijd, t0, lengte/volume.
Retentietijd dus (t-t0)/t0.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Resolutie 18

A

Resolutie is piek scheiding/gemiddelde piekbreedte.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Schotelgetal -hoogde 18

A

De verbreiding van de pieken is schotelgetal /hoogde.
Schotelgetal hangt af van retentietijd en piekbredte 20.
Hoogde is lengte/schotelgetal.
Van Deemtercurve. ??

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly