HC2. Diversiteit van antigeenreceptoren Flashcards
Hoe kan T-celreceptor een antigeen binden?
Hij moet het aangereikt krijgen, antigeenpresentatie (APC bv). Terwijl antistof het zelf kan binden
Wat zijn de antigeenreceptoren?
Antistof (Ig’s) en T-celreceptor
Gelijkenissen IG en TCR?
Allebei constante en variabele domeinen
Hoe kun je constant en variabele domein omschrijven in eten?
Om gwn beeld t ekrijgen:
Ijs: hoorntje constant, smaak variabele
Pizza: bodem constant, toppings variabele
Hoe worden de vele verschillende variaties van variabele domein gemaakt? bij antistof en TCR
Via V(D)J recombinatie (dus vanuit t DNA knippen en daarmee veel opties voor antistof)
Wat is TdT?
Enzym dat zorgt voor insertie van nucleotide in junctional region
Wat doet RAG?
knip in DNA
Hoe weet RAG waar te knippen
Door vlaggetje, dat bestaat uit stukje DNA genaamd RSS
Wat is RSS
Vlag dat laat zien waar RAG moet zijn, en bestaat of uit 12 of 23 nucleotide (volgens 12-23 regel)
Wat is 12-23 regel?
Nou 12 is 1 winding DNA en 23 is 2, hierdoor staan ze altijd goed juiste kant naar elkaar en daardoor makkelijk toegankelijk voor eiwit(??)
Naast de VDJ, hoe kan er nog meer diversiteit ontstaan?
Door junctional regions, waar er dan unieke inserties zijn van nucleotide (gebeurt tijdens migreren)
Hoe heet voorloper T lymfocyt?
Thymocyten
Voorlopers B cellen heten?
Pro-b-cellen
Hoe is thymus met cellen opgebouwd ?
Cortex: dichtbevolkt
Medulla: dunnerbevolkt
Van groot naar klein (neutro mono lymfo)?
Neutrofielen grootst, dan monocyt dan lymfocyt