HC 1.3 Chirurgische anatomie van het bewegingsapparaat Flashcards

1
Q

Hoe kun je veilig opereren?

A
  • Niet beschadigen van zenuwen en bloedvaten.
  • Voorkomen van weefselschade door druk, hitte of tractie: op beschadigd weefsel kunnen bacteriën namelijk beter groeien.
  • Opereren in internervous plana: opereren tussen twee spieren in die beiden door verschillende zenuwen worden geïnnerveerd.
  • Minimaal invasief opereren
  • Kennis van de anatomie en anatomische variaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe kan er schade optreden aan de n. radialis bij een humerus fractuur?

A

Door een hematoom of de fractuur kan de zenuw beschadigen of uitvallen, omdat de zenuw vlak langs de humerus loopt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe ontstaat een ligament? Wat is een van de voornaamste functies van een ligament?

A

Door tractie aan het bindweefsel. Dan wordt bindweefsel sterker. Functie = stevigheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe heet bindweefsel wat een gebied omsluit?

A

Compartiment.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een andere functie van een ligament? En waarvoor is dit belangrijk?

A

Kan dienen als een septum, bijvoorbeeld tussen twee spieren dan noemen we het een spierfascie. Het is belangrijk bij oncologische behandelingen of als je wilt opereren bij het bot.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een van de functies van een spierfascie?

A

Beschermen tegen infecties en maligniteiten. Maar deze kunnen zich ook via de spierfascie uitbreiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe ontstaat een bursa? Noem ook een voorbeeld (elleboog).

A

Een pees die schuurt over een botstructuur. Voorbeeld: bursa olecrani, waarbij de huid schuurt over het olecranum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het retinaculum patella? En wat is de functie hiervan?

A

Het bestaat uit de fascie en septa van de spieren die in een bindweefselplaat samen komen een hechten aan de tibia, tot in het periost. Met als doel krachtverdeling, want er is een grote kracht nodig om je knie op te tillen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de lacertus fibrosus?

A

De origo van de bicepsspier is op de radius, omdat de bicepsspier veel kracht genereert en dit ander leidt tot een radiuskopfractuur of een bicepspeesruptuur, heeft het een lacertus fibrosus (aponeurose). Er komt vanaf de pees van de bicepsspier een stuk bindweefsel die valt over de flexorenloge van de onderarm met als doel krachtverdeling = lacertus fibrosus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het effect van de lacertus fibrosus op de onderarm?

A

Als je bijvoorbeeld een tafel optilt moeten zowel je flexoren en je extensoren zich aanspannen zodat je arm rechtblijft. De lacertus fibrosus geleidt de kracht die de bicepsspier geeft door naar de flexoren waardoor deze zich optimaal kunnen contraheren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Uit wat voor weefsel bestaat de meniscus?

A

Uit bindweefsel (fibrotisch) en kraabeen: fibro-catillair weefsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de functie van de meniscus?

A

Vormaanpassing, verdeling synovia, drukverdeling, stabiliteit in medialaterale richting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de origo en de insertie van de m. biceps brachii?

A

Origo: caput breve: proc. coracoideus, caput longum: tuberculum supraglenoidale.
Insertie: tuberositas radii (+ lacertus fibrosus)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke beweging geeft de m. biceps brachii?

A

supinatie, flexie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe is de meniscus gevasculariseerd?

A

1/3e deel is gevasculariseerd, het deel tussen de condylen van de femur en het tibiaplateau is niet gevasculariseerd, wordt gevoed door synovia. Als het mediale deel van de meniscus is gebroken dan hersteld het slecht, want voor goed herstel is goede doorbloeding nodig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn kenmerken van een CT-scan?

A

Het zijn altijd transversale coupes die een CT-scan maakt, maar door de gemeten pixels (Houndsfield index) kan de computer een gereconstrueerd plaatje maken in 3D.

17
Q

Wat is het gevolg van beschadiging van de n. cutaneus femoralis lateralis?

A

Doof gevoel aan de laterale zijde van het bovenbeen.

18
Q

Wat is het verschil tussen huidverzorgingsgebieden en dermatomen?

A

Huidverzorgingsgebieden worden door meerdere segmenten geïnnerveerd, dermatomen maar door 1 segment.

19
Q

Wat zijn de behandelingen die je kunt doen op gewrichten?

A
  • arthrodese: verstijven, aan elkaar vastmaken van twee delen van het gewricht.
  • arthroscopie
  • arthroplastiek: kunstgewricht, resectiearthroplastiek (je haalt een deel van het gewricht weg en het blijft nog gewoon bewegen)
  • arthrolyse: losmaken
  • arthrocentese: gewrichtspunctie
  • synovectomie: synoviale membraan wegsnijden
20
Q

Wat zijn de behandelingen die je kunt doen op botten?

A
  • Nettoyage: schoonmaken (bijv. bij osteomyelitis)
  • Bottransplantatie: homoloog of autoloog
  • Osteotomie: bot doorsnijden
  • Osteosynthese: verbinden 2 botdelen aan elkaar fixeren
  • Resectie (bottumoren)
  • Excochleatie: uitlepelen (benigne/laaggradige tumoren)
  • Verlengen
  • Verkorten
21
Q

Wat zijn de behandelingen die je kunt doen op pezen?

A
  • Hechting
  • Vastzetten
  • Verlengen
  • Nettoyage: synoviale membraan dat in de peesschede zit verwijderen
22
Q

Wat zijn de behandelingen die je kunt doen op ligamenten?

A
  • Hechting
  • Reïnsertie
  • Reconstructie
  • Shrinking: bijv. bij een te los schouderkopkapsel: van binnen uit verbranden dan krimpt het.
23
Q

Wat zijn de behandelingen die je kunt doen op fascii?

A
  • Fasciectomie: verwijderen (bijv. bij fibromatosis palmaris (morbus Dupuytren) plantaris (Ledderhose syndroom)
  • Fasciotomie: snee maken (bijv. compartiment syndroom)
  • Fascioplastiek: verschuiven
24
Q

Wat zijn de behandelingen die je kunt doen op spieren?

A

Resectie (bijv. bij weke delen tumor of myositas ossificans: ossificeren van een hematoom)

25
Q

Wat zijn de behandelingen die je kunt doen op zenuwen?

A
  • Hechting
  • Decompressie
  • Transpositie