Aantekeningen tentamens Flashcards
Wat is geen directe functie van een septum intermusculare?
a bedekking van neuro-vasculaire structuren
b krachtoverdracht
c scheiding tussen compartimenten
d verankering van spieren
A
De nervus radialis vertakt in een oppervlakkige en diepe zenuw. De diepe tak van de
nervus radialis loopt tussen een oppervlakkig en dieper gelegen deel van één en
dezelfde spier.
Welke spier is dit?
m. supinator
Bottumoren of op tumor lijkende afwijkingen zijn voorbeelden van botlaesies. Deze
worden radiologisch beoordeeld op bepaalde kenmerken.
Enkele van deze kenmerken zijn de volgende:
1 Codmanse driehoek
2 endostale scalloping
3 geografische begrenzing
Welke van deze kenmerken past of welke passen het beste bij een biologisch
actieve botlaesie?
a alleen 1
b alleen 2
c alleen 3
d alleen 1 en 2
e alleen 1 en 3
f alleen 2 en 3
g 1, 2 en 3
D
Een verhoogd urinezuurgehalte kan behandeld worden met bepaalde groepen
medicijnen. Noem drie groepen medicijnen.
xanthine-oxidase remmers
uricosuricum
uricases
Twee beweringen over artrose zijn:
1 Radiologische kenmerken komen voor bij het merendeel van de bevolking ouder dan 70 jaar.
2 Verhoogde synthese van matrix-metalloproteïnasen leidt tot vorming van een mechanisch inferieure kraakbeenmatrix.
Welk bewering is of welke zijn juist?
a alleen 1
b alleen 2
c 1 en 2
d geen
C
In het artikel ‘The history of medicine as the history of pain’ stelt Joanna Bourke dat het verlichten van de pijn en het lijden van de patiënt altijd centraal heeft gestaan in de geschiedenis van de geneeskunde.
Welke van onderstaande opmerkingen (dan wel kanttekeningen) maakt zij in dit verband over de introductie van narcosemiddelen en pijnstillers?
a Dankzij narcosemiddelen en pijnstillers is de eeuwenoude strijd tegen pijn grotendeels gewonnen.
b Waar patiënten vroeger meer aan acute pijn leden, lijden zij nu meer aan chronische pijn - en daartegen helpen veel pijnstillers niet (meer).
c Omdat artsen, geneesheren, medicijnmannen zich altijd al hebben
beziggehouden met pijnbestrijding heeft de introductie van narcosemiddelen en
pijnstillers weinig tot niets veranderd aan de ervaring van pijn.
d De beschikbaarheid van narcosemiddelen en pijnstillers hebben artsen en chirurgen er toe gebracht om meer ingrijpende behandelingen toe te passen, waarmee ze vaak juist meer pijn hebben teweeggebracht bij hun patiënten.
D
Wat is de functie van het dystrofine?
versterken van de celmembraan van de spiervezel
Bij gevorderde artrose wordt het gewrichtsoppervlak soms glad glanzend.
Waardoor wordt dit veroorzaakt?
a eburnatie
b fissuur vorming
c ontsteking van overgebleven kraakbeen
d osteofyt vorming
e uitgebreide subchondrale cysten
f vernauwing van de gewrichtsspleet
A
Je bent huisarts. Een patiënte komt bij je op de polikliniek in verband met pijn aan de
binnenzijde van haar enkel en een veranderde stand van haar achtervoet. Bij
lichamelijk onderzoek is er een zwelling over de pees van de m. tibialis posterior en
is deze minder krachtig bij aanspannen.
Wat voor standsverandering van de achtervoet is het meest waarschijnlijk?
a equinus
b pronatie
c supinatie
d valgusstand
e varusstand
D M. tibialis posterior speelt een cruciale rol in het ondersteunen van de voetboog en het stabiliseren van de achtervoet. Bij dysfunctie of zwakte van deze spier kan de voetboog instorten en kan de achtervoet naar buiten kantelen.
Valgusstand betekent dat de achtervoet naar buiten (lateraal) afwijkt, wat typisch is bij problemen met de m. tibialis posterior.
Na dit letsel heeft de man nog meer klachten bemerkt. Zo kan hij zijn linkervoet niet
meer heffen. Een bijkomend letsel kan dit veroorzaken.
Welk letsel is het meest waarschijnlijk?
a femurfractuur
b fibulafractuur
c posterieure heupluxatie
d scheur m. tibialis anterio
C. Er ontstaat schade aan n. ischiadicus door de heupluxatie en n. peroneus zorgt voor de dorsaalflexie. Posterieure heupluxatie komt vaak voor bij dashboardtrauma.
Roken is een extrinsieke factor die de wondgenezing negatief kan beïnvloeden. De
plastisch chirurg zal om die reden patiënten adviseren om 6 weken voorafgaand aan
een operatie te stoppen met roken.
Op welke wijze wordt de wondgenezing negatief?
a Nicotine veroorzaakt vasoconstrictie, wat leidt tot hypoxie in de wond.
b Koolmonoxide verhoogt thrombocytenaggregatie, wat leidt tot hypoxie.
c Nicotine veroorzaakt vasodilatatie, wat leidt tot meer ontstekingsreacties.
d Koolmonoxide verlaagt thrombocytenaggregatie, wat leidt tot meer hematoom.
A
Twee beweringen over aspecifieke lage rugklachten zijn:
1 Geadviseerd wordt om gedurende langere tijd opiaten voor te schrijven.
2 Spier-relaxantia spelen naast pijnstillers een duidelijke rol in de behandeling.
Welk bewering is of welke zijn juist?
a alleen 1
b alleen 2
c 1 en 2
d geen
D
Twee beweringen over lage rugpijn zijn:
1 Pijn in het been die meer op de voorgrond treedt dan de lage rugpijn kan duiden
op een lumbosacraal radiculair syndroom.
2 Somatisatie van klachten kan het herstel van lage rugpijn vertragen.
Welk bewering is of welke zijn juist?
a alleen 1
b alleen 2
c 1 en 2
d geen
c
Het wel of niet progressief zijn van een scoliose wordt bepaald met behulp van
röntgenfoto’s van de wervelkolom in Postero-Anterieure of Antero-Posterieur
richting. Er wordt op een aantal radiologische aspecten gelet. Eén daarvan is de
grootte van de bocht(en).
Volgens welke methode worden de hoeken gemeten?
Eén van de andere aspecten is het biologische ontwikkelingsstadium van de patiënt.
Dit wordt bepaald door de mate van ossificatie van de apofyse van de crista iliaca te
beoordelen. Dit wordt uitgedrukt als een teken.
Naar welke persoon is dit “teken” vernoemd?
- Cobse hoek
- Teken van Risser
Hoe heten deze twee grote zijtakken van respectievelijk de a. brachialis en de a. femoralis? (2p)
a. profunda brachii (1p)
a. profunda femoris (1p)
Bij verdenking op een letsel van het scapholunaire ligament wordt er behalve een gewone posteroanterieure röntgenfoto van de pols ook een PA röntgenfoto van de pols gemaakt met gebalde vuist. Bij een letsel worden twee aspecten gezien op de gebalde vuistfoto die vaak niet zichtbaar zijn op de standaard PA röntgenfoto van de pols.
Welke twee aspecten zijn dit? (2p)
Noem er tenminste één.
capitatum wordt naar proximaal geduwd en SL verwijding ontstaat
Welke structuur bevat het eiwit dystrofine?
A integrine receptor complex
B costameer
C sarcomeer
D Z-disk
B, Het integrine receptor complex is net als het dystrofine-glycoproteïne complex deel van het costameer. Het costameer draagt krachten over van het cytoskelet (sacromeer) op het ECM.
Welke afwijkingen passen meer bij RA en welke passen meer bij artrose?
artrose aantasting van de DIP en PIP, bijna nooit MCP. Veel meer alleen betrokkenheid van de vingers. RA: vaak PIP en MCP, nooit DIP. Bij RA doet meer de gehele hand mee.
Twee beweringen over Complex Regionaal Pijn Syndroom (CRPS) type 1 zijn:
1. Komt vaker voor in de onderste extremiteit.
2. Komt vaker voor bij mannen.
Welk bewering is of welke zijn juist?
A alleen 1
B alleen 2
C 1 en 2
D geen
D
Je bent orthopeed en plaatst een gecementeerde heup-prothese bij een 72-jarige patiënt in linker zijligging. Als je operatie klaar is begint de
anesthesioloog met de uitleiding van de algehele anesthesie.
Twee beweringen met betrekking tot deze uitleiding zijn:
1. Stoppen van de toediening van anesthetica is belangrijker dan actief antagoneren.
2. Dampvormige anesthetica laten zich door sugammadex antagoneren.
Welk bewering is of welke zijn juist?
A alleen 1
B alleen 2
C 1 en 2
D geen
A. Antagonisten worden pas toegediend als de patiënt niet wakker wordt. Dampvormige anesthetica worden gebruikt bij kortdurend ingrepen of als inleiding omdat deze niet goed geantagoneerd kunnen worden.
Benoem vijf rode vlaggen welke zouden kunnen wijzen op een maligniteit in de rug.(5p)
Refereer aan de lijst rode vlaggen. Voor ieder goed antwoord 1 punt, de eerste vijf antwoorden worden beoordeeld
maligniteit, bijvoorbeeld wervelmetastase
begin van lage rugpijn na het 50e levensjaar,
continue pijn onafhankelijk van houding of bewegen,
nachtelijke pijn
algehele malaise,
maligniteit in de voorgeschiedenis,
recent en onverklaard gewichtsverlies,
verhoogde BSE
anesthesie van het rijbroekgebied
neurologische uitval
incontinentie
koorts, koude rillingen, nachtzweten
Welke schade treedt op bij inversie aan de zenuw?
Bij een inversieletsel van de enkel is er kans op overrekking van de nervus peroneus superficialis. Deze zenuw loopt langs de laterale zijde van de enkel
Vervolg casus 2/2
Je bent revalidatiearts. Een volwassene met een partiële dwarslaesie komt bij je op het spreekuur met klachten van zijn linker
voet. Hij geeft aan dat zijn voeten naar binnen zakken. Bij lichamelijk onderzoek zie je een hele platte voet met een
valgusstand van de achtervoet en een abductie van de voorvoet.
Je overweegt om je patiënt een steunzool voor te schrijven. Het is belangrijk om te weten of de voet soepel is of niet.
Hoe kan dit bij lichamelijk onderzoek getest worden? (2p)
Test van Hübscher, op tenen staan, met afhangend been voelen of de achtervoet soepel is
Drie ziektebeelden zijn:
1. Achondroplasie
2. Hyperparathyreoidie
3. Osteogenesis imperfecta
Drie afwijkingen zijn:
A. blauwe sclerae
B. bruine tumor
C. FGF3 mutatie
Welke afwijking past bij de ziektebeelden?
A3 B2 C1
In het artikel ‘The history of medicine as the history of pain’ stelt Joanna Bourke dat het ontbreekt aan substantiële literatuur over
de geschiedenis van pijn. Ze heeft ook opvattingen over de zin of onzin van het bestuderen van de geschiedenis van pijn.
Welke van onderstaande beweringen komt het meest overeen met Bourke’s opvatting?
A Door historische bronnen te bestuderen, wordt duidelijk hoe scherp het contrast is tussen de huidige, moderne omgang met pijn en
die van vroeger.
B Pijn is een subjectieve en complexe ervaring, die niet of nauwelijks in taal is uit te drukken. Het ontbreekt daardoor in feite aan
voldoende bronnenmateriaal voor historisch onderzoek naar pijn.
C Historische studie van de wijze waarop mensen in taal uiting hebben gegeven aan hun pijnervaring geeft inzicht in sociale aspecten
van en culturele invloeden op pijn.
D Historici kunnen zich beter richten op de geschiedenis van de pijnbestrijding dan op de subjectieve beleving van pijn.
C
Sportartsen maken onderdeel uit van het begeleidingsteam van een professionele sportclub. In dit team hebben ze drie
kerntaken.
Welke drie kerntaken zijn dit?
Blessureconsulten, sportmedisch onderzoek en teambegeleiding.
De contouren van de gewrichtsvlakken spelen een grote rol bij het overbrengen van krachten en momenten in het gewricht. Het aantal
gewrichtsvormen in het lichaam is zeer groot en de contouren zijn vaak grillig. We vergelijken nu twee gewrichtsvormen, een gewricht met
hoofdzakelijk platte gewrichtsvlakken en een gewricht met hoofdzakelijk bolle gewrichtsvlakken. De diameter (breedte) van de gewrichten
wordt gelijk verondersteld.
Twee beweringen over deze gewrichten zijn:
1. Een gewricht met een bol gewrichtsvlak kan men het beste mobiliseren door het aanbrengen van een dwarskracht dicht bij de
gewrichtsspleet
2. Een gewricht met platte gewrichtsvlakken is beter geschikt voor het overbrengen van grote momenten.
Welke bewering is of welke zijn juist?
A alleen 1
B alleen 2
C 1 en 2
D geen
B
Onderstaande afbeelding toont een axiaal beeld van een MRI van de linker schouder.
Welke structuur is aangeduid met cijfer 1?
A infraspinatuspees
B bicepspees
C subscapularispees
D supraspinatuspees
A
Wat is het streef urinezuurgehalte bij meer dan 3 aanvallen per jaar zonder tophi of erosies op de röntgenfoto?
A < 0,30
B < 0,37
C < 0,42
D < 0,50
A
Een steriele peesontsteking kan veroorzaakt worden door overbelasting en door verschillende systemische ziektes.
Noem twee van zulke systemische ziektes. (4p)
reumatoide artritis, jicht, amyloidose (voor ieder goed antwoord 2 pnt, max 4 punten)
Waarvoor is naloxon de antagonist?
Opiaten
Wat is de reden van de korte werkingsduur van propofol?
Snelle distributie.
Artrose kent een aantal radiologische kenmerken. Twee van die kenmerken zijn soms niet zichtbaar op een röntgenfoto van de onderste
extremiteit die gemaakt is bij een liggende patiënt. Deze kenmerken zijn dan wel zichtbaar op een belaste röntgenfoto.
Noem deze twee radiologische kenmerken. (2p)
gewrichtspleetversmalling (1p), standsverandering (1p
De ziekte van Köhler behoort tot de osteochondrosen van de voet.
Welk bot is aangedaan? (2p)
os naviculare.
De ziekte van Köhler is een zeldzame aandoening bij kinderen waarbij de bloedtoevoer naar het os naviculare in de voet tijdelijk verstoord raakt, wat leidt tot pijn en zwelling.
Bepaalde bottumoren of op tumor lijkende afwijkingen komen voor in bepaalde leeftijdscategorieën.
Welke afwijking komt vrijwel alleen voor bij patiënten met nog open groeischijven?
A Fibreuze dysplasie
B Solitaire botcyste
C Reusceltumor
D Adamantinoom
E Plasmacelmyeloom
F Chondrosarcoom
B
Bij een rugoperatie waarbij een decompressie van de neurogene structuren wordt uitgevoerd in verband met een spinale
stenose zal een deel van de wervel weggehaald worden.
Welke anatomische structuur is dit?
A pars interarticularis
B pediculus arcus vertebrae
C lamina arcus vertebrae
D articulatio zygapophysialis (facetgewricht)
c