H7.1: Antimicrobiële therapie 1 Flashcards
Antibacteriële middelen (bijv AB) werken tegen…
Antivirale middelen werken tegen…
Anti-schimmel middelen (anti-mycotica) werken tegen…
Anti-parasitaire middelen
Bacteriën
Virussen
Schimmels
Parasieten en sommige soorten bacteriën
Afspraak
Bij antimicrobiële therapie geen merknamen gebruiken
Dus; ciprofloxacine i.p.v. ciproxin
Uitzondering: i.p.v. amoxicilline/clavulaanzuur Augmentin gebruiken, want korter
Wie bepalen het spectrum?
Aangrijpingspunten voor de werking van antimicrobiële middelen
Tot welke groep een AB behoort is afhankelijk van werkzaamheid van de volgende bacteriën
- GP
- GN
- Aeroob
- Anaeroob
Smalspectrum AB
Alleen GP aeroob bacterie
Breedspectrum AB
Meerdere groepen bacteriën, bijvoorbeeld GP aerobe bacteriën EN GN aerobe bacteriën
Nog breder AB
Werkt tegen GP en GN bacteriën, zowel aeroob als anaeroob
AB indelen in 5 groepen o.b.v. aangrijpingspunt
- Celwandsynthese
- Eiwitsynthese
- Nucleïnezuursynthese en structuur
- Foliumzuurmetabolisme
- Overige
Eigenschappen GP bacterie
- Celmembraan
- Daarboven dikke peptidoglycaanlaag wat bestaat uit suikers en aminozuren
Eigenschappen GN bacterie
- Celmembraan
- Bestaat uit binnen- en buitenmembraan met daartussen dunne peptidoglycaanlaag
Beta-lactam
- Belangrijkste groep AB
- In NL ruim 65% van voorgeschreven AB valt in deze groep
- Bevatten B-lactamring
Waarom B-lactam AB gebruiken?
- Veilig
- Goedkoop middel
- Relatief weinig bijwerkingen
- Makkelijk te doseren
B-lactam indeling in subgroepen
- Penicilline
- Cefalopsporine
- Carbapenem
Penicilline
- Geeft relatief vaak overgevoeligheid en als bijwerking GI klachten
- Matige orale resorptie, daarom voorkeur IV
- Penicilline G (smal)
- Flucloxacilline (smal)
- Amoxicilline (relatief smal, maar meerdere bacteriën)
Cefalosporine
- Cefazoline: 1e generatie, vooral pre-operatieve profylaxe
- Cefuroxim: 2e generatie
- Ceftriaxon, cefotaxime, ceftazidime: 3e generatie
Bijzonder aan ceftazidime
Ook werkzaam tegen Pseudomonas spp. (ziekenhuisinfecties) i.t.t. andere cefalosporines
Carbapenem
- B-lactam AB met breedste spectrum
- Reserve AB
- Meropenem
- Imipenem
Celwandsynthese
- Uniek voor bacteriecellen
- Daarom geschikt aangrijpingspunt als er wordt gesproken over selectieve toxiciteit
- Peptidoglycaanlaag bestaat uit suikers die gekoppeld zijn met eiwitten
- Suikers worden geproduceerd door cytoplasma
- Door binding van peptide binden de suikers en worden ze vervoerd over celmembraan
- Peptideketens worden aan elkaar gezet door enzym transpeptidase (penicilline bindend eiwit)
- Transpeptidase haalt een stukje van eiwitketen af waarna een nieuwe binding gevormd wordt tussen de 2 peptides
- B-lactam AB zijn meest bekende AB soort die aangrijpen op celwandsynthese, blokkeren werking transpeptidase
Penicilline
- Eerste AB in 1928 ontdekt
- Smal
- Werkzaam tegen streptokokken (s. pneumoniae) en tegen zowel GP als GN anaeroben
Flucloxacilline
Eerst keus middel tegen S. aureus
Amoxicilline
- Werkzaam tegen streptokokken en enterococcus faecalis in GP spectrum
- Werkzaam tegen haemophilus influenzae en enterobacteriën in GN spectrum
- Ook tegen GP en GN anaeroben
Cefalosporines
- Alleen werkzaam tegen aerobe GN of GP bacteriën
- Geen anaerobe werking
Cefazoline (cefalosporine)
- 1e generatie
- Tegen GP zoals S. aureus
Ceftazidime/cefotaxim (cefalosporine)
- 3e generatie
- Tegen GN micro-organismen zoals pseudomonas aeruginosa
Cefuroxim (cefalosporine)
- 2e generatie
- Veel gebruikt, omdat het goed werkt tegen GP en GN aeroben
- Empirisch middel
Carbapenems
- Breed (GP, GN, aeroob, anaeroob)
- Alleen in ziekenhuizen IV toegediend bij hele ernstige infecties en bij resistente micro-organismen
- Alleen na goedkeuring voorschrijven
Resistentiemechanismen tegen B-lactam AB
- Productie B-lactamase
- Vermindering opname
- Actieve efflux
- Veranderen aangrijpingspunt
Productie B-lactamase
- BL (beta-lactamase) is inactiverend enzym dat het antimicrobiële middel minder of geheel onwerkzaam maakt
- Verschillende varianten: eenvoudige BL, extended spectrum BL, AmpC
Vermindering van opname
- Blokkeren porines in membraan
- Hierdoor kan het middel niet meer opgenomen worden in de cel
Actieve efflux
Ten gevolge van een membraan transportsysteem wordt het antimicrobiële middel uit de cel gepompt
Veranderen aangrijpingspunt
- Verandering van bacteriële eiwitten die het aangrijpingspunt zijn voor het geneesmiddel
- Bijv een veranderd penicillinebindend eiwit bij BL AB
Hoe resistentie?
- Bij tekort geven van AB of te lage dosering door het proces van mutatie en selectie
- Binnen populatie zijn vaak wel een aantal bacteriën die door toevallige fouten een mutatie bevatten en resistent worden
- Wanneer er tekort wordt behandeld met AB of in te lage dosering kan dit bijdragen aan het overblijven en uitgroeien van resistente bacteriën
Sommige bacteriën kunnen resistentie overdragen naar andere bacteriën
- Overdracht van genetisch materiaal (plasmiden)
- E. coli kan zijn resistentie zelfs doorgeven aan andere GN bacteriën
Voorbeeld resistentie BL AB
- Amoxicilline
- Sommige bacteriën zijn resistent door werking van eenvoudige B-lactamase
- Clavulaanzuur verhindert werking eenvoudig B-lactamase waardoor amoxicilline toch werkzaam is
- = Augmentin