H23 Structuurwoorden Flashcards
zekere, iemand
tale
andermans
altrui
sommige
certo/a
ieder(een), eenieder (2)
chiunque, ciascuno/a
iedereen
ognuno/a
welk/ wie ook maar; zomaar een, ieder willekeurig
qualsiasi
welke dan ook, wie ook maar
qualunque (cosa)
opdat
affinché + cong
tenzij, behalve
a meno che + cong
zodra
appena
en toch, maar toch
eppure
Zolang er leven is, is er hoop.
Finché c’è vite, c’è speranza.
zodat
in modo che + cong
tenzij
salvo che + cong
(of)wel
oppure
op voorwaarde dat, mits
a patto che + cong
vooropgesteld dat
premesso che + cong
daarom
perciò
mits
purché + cong
hoewel, ook al
sebbene + cong
aangezien, omdat, daar
siccome
en toch, niettemin
tuttavia
niets meer
non… più niente
zelfs, maar liefst, gewoonweg, geheel en al
addirittura