Deel 2 - Hoofdstuk 4: TO BE Flashcards

1
Q

Verklaar de confrontatiematrix.

A

In de confrontatie-analyse stellen we een matrix op waarbij we de interne sterkten en zwakten plaatsen ten opzichte van de externe kansen en bedreigingen. (SWOT)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de vier confrontaties in de confrontatiematrix?

A
  • Sterkte - kans: laten onze sterkten toe dat we een kans grijpen voor onze organisatie? De bijpassende strategie = ondernemen
  • Sterkte - bedreiging: kunnen we dankzij onze sterkte de bedreiging afwenden? Bijpassende strategie = aanvallen
  • Zwakte - kans: is het mogelijk dat deze zwakte ervoor zorgt dat we een kans mislopen met onze organisatie? Bijpassende strategie = ontwikkelen
  • Zwakte - bedreiging: verhindert de zwakte dat we de bedreiging kunnen weren? Bijpassende strategie = terugtrekken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe kan men een goede confrontatie-matrix opstellen?

A
  • op de verticale as worden een 3-tal sterktes en een 3-tal zwaktes opgelijst
  • op de andere as, een 3-tal kansen en bedreigingen
  • elke cel van de matrix wordt door elk teamlid beoordeeld:
    • ++ er is een sterke positieve correlatie
      • er is een positieve correlatie
    • 0 er is geen correlatie
      • er is een negatieve correlatie
    • – er is een sterke negatieve correlatie
  • per rij/kolom kunnen de totalen (hoeveel +, hoeveel 0, hoeveel -) worden gemaakt teneinde conclusies te trekken over te volgen strategieën
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de verschillende strategiën van het kwadrant Zwakte/Kans? (confrontatiematrix)

A

Zwakte/Kans = Ontwikkelen:

  • starten
  • innoveren
  • introduceren
  • co-markship
  • R&D-samenwerking
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de verschillende strategiën van het kwadrant Sterkte/Bedreiging? (confrontatiematrix)

A

Sterkte/Bedreiging = Consolideren, stabiliseren, beheersen:

  • handhaven marktpositie
  • kostenbeheersing
  • effeciëntieverbetering
  • effectiviteitsverbetering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de verschillende strategiën van kwadrant Sterkte/Kans? (confrontatiematrix)

A

Sterkte/Kans = Groeien:

  • expanderen
  • diversifiëren
  • acquisities
  • joint ventures
  • allianties
  • partnerschappen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de verschillende strategiën van het kwadrant Zwakte/Bedreiging? (confrontatiematrix)

A

Zwakte/Bedreiging = Afbouwen, stoppen:

  • liquideren
  • verkopen
  • outsourcen
  • management buy-out/buy-in
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Met welke verschillende criteria moet er rekening gehouden worden om uit de confrontatie-analyse de strategische opties te formuleren?

A
  • betreft het een kernprobleem: strategische opties die een kernprobleem betreffen zullen in principe de voorrang genieten
  • is deze optie haalbaar (financieel, praktisch, …)
  • past deze optie bij het bedrijf: zal de uitvoering van deze optie bijv. het imago van de organisatie niet schaden
  • hoe staan stakeholders tegenover deze optie?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de bedoeling van een SOLL of TO BE-situatie?

A

Het duidelijk formuleren van doelstellingen op een meetbare en tijdsgebonden manier.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Door wat wordt de formulering en inhoud van een doelstelling sterk beïnvloed?

A
  1. het niveau in de organisatie waarop de doelstelling wordt geformuleerd: strategisch, tactisch, operationeel
  2. de periode waarvoor het doel wordt geformuleerd: hoe langer de tijdshorizon, hoe onzekerder het bereiken van de doelstelling wordt. In complexe omgevingen kan de horizon van een doelstelling dan ook niet te lang zijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Verklaar de SMART-methode.

A

Een methode om te controleren of een doelstelling duidelijk is, is de zgn. SMART-methode. SMART is een letterwoord dat staat voor:

  • Specifiek: is er precies aangegeven wat de gewenste situatie is, wat het te bereiken doel is
  • Meetbaar: geeft de formulering van het doel aan hoe kan gemeten worden of het doel werd bereikt
  • Acceptabel: is het een doelstelling die door de betrokkenen is gedragen, is er voldoende engagement om de doelstelling te bereiken
  • Realistisch: is de doelstelling realiseerbaar, is de doelstelling bereikbaar met aanvaardbare inspanningen
  • Tijdsgebonden: de doelstelling moet vermelden binnen welke termijn het gewenste resultaat moet bereikt worden.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly