Deel 1 - Hoofdstuk 4: Modellen met betrekking tot veranderingen Flashcards

1
Q

Wanneer kunnen we spreken van een geïntegreed model voor verandermanagement?

A
  • de integratie met de strategische beleidsvorming duidelijk is
  • het model de verbinding legt tussen de verschillende te onderscheiden fasen in het verandersproces
  • de verschillende functies binnen de onderneming aanwezig zijn in het model
  • het model aanwijzingen bevat voor de operationele uitvoering van de veranderingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Beschrijf het geïntegreerde model van Kleijn & Rorink.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Beschrijf de externe analyse van het geïntegreerde model van Kleijn & Rorink.

A

De externe analyse (linksboven in het schema) is het vertrekpunt.

Gezien een organisatie een open systeem is, zoekt ze continu naar de optimalisering van de fit tussen zichzelf en haar omgeving.

De organisatie analyseert daarom haar algemene en marktomgeving.

De concurrentieanalyse behoort tot deze externe analyse.

Uit deze analyse komen opportuniteiten en bedreidingen voor de organisatie op korte en middellange termijn naar voor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Beschrijf de interne analyse van het geïntegreerde model van Kleijn & Rorink.

A

Deze analyse richt zich op de 4 essentiële functies in een organisatie: marketing, organisatiestructuur en -cultuur, interne processen & innovatief vermogen en financiën.

Ook de samenhang tussen de 4 moet geanalyseerd worden.

Het resultaat van deze intern analyse is de AS IS (IST-) situatie, wat neerkomt op een beschrijving van de sterkten en zwakten van de organisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Beschrijf de confrontatieanalyse van het geïntegreerde model van Kleijn & Rorink.

A

De confrontatieanalyse zet de resultaten van de externe en interne analyse naast elkaar.

Dit vormt de input voor mogelijke strategische opties om opportuniteiten te benutten en sterkten uit te buiten, bedreigingen te vermijden of om te buigen tot kansen en zwakten te verbeteren.

Deze strategische beleidsopties worden beoordeeld op basis van twee criteria:

  • lost deze beleidsoptie een centraal probleem van de organisatie op?
  • Is de strategische optie haalbaar en uitvoerbaar?

Op basis van deze beoordeling wordt dan een definitieve strategie bepaald en de gewenste situatie van de organisatie krijgt zo vorm, de zgn. TO BE of SOLL-situatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Beschrijf de KSF-analyse van het geïntegreerde model van Kleijn & Rorink.

A

Voor de nieuwe situatie worden de 4 essentiële functies binnen de organisatie opnieuw geanalyseerd. Er worden kritische succesfactoren bepaald.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Beschrijf de gap analysis van het geïntegreerde model van Kleijn & Rorink.

A

Als laatste worden de AS IS en de TO BE-situatie vergeleken.

Er wordt bepaald welke veranderstrategie en -instrumenten zullen gebruikt worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn alle ingrediënten om een veranderplan op te stellen volgens het geïntegreerde model van Kleijn & Rorink?

A
  • Activiteiten
  • Interventies
  • Actoren
  • Sturing
  • Fases
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Beschrijf het integraal organisatie- en verandermodel (IOV-model) van Lubberding & Lievers.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Met wat start het IOV-model?

A

Het model start bovenaan met de belangrijke taak van het management om ervoor te zorgen dat de “oude” organisatie tijdig wordt vervangen door een “nieuwe”, die beter is afgestemd op een nieuwe context, nieuwe gestelde doelen,…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Uit welke elementen bestaat het IOV-model?

A
  • de ‘fit’ van bestaansvoorwaarden
  • niveaus van verandering
  • beïnvloedingsfactoren
  • veranderingsstrategieën
  • fasering van het veranderingsproces
  • netwerk en instrumentatie
  • functionele relaties
  • evaluatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Beschrijf de ‘fit’ van bestaansvoorwaarden in het IOV-model.

A

Dit komt neer op het beantwoorden van de vraag waarom de huidige organisatie niet meer naar behoren functioneert.

De huidige en gewenste situatie worden in beeld gebracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Beschrijf de niveaus van verandering in het IOV-model.

A

De verschillen tussen de gewenste en de huidige situatie worden hier op de verschillende niveaus in de organisatie verduidelijkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Beschrijf de beïnvloedingsfactoren in het IOV-model.

A

Inventarisatie van de interne en externe factoren van de huidige situatie die de verandering in positieve of in negatieve zin kunnen beïnvloeden.

Hiermee komt ook tot uiting in welke mate de organisatie het vermogen heeft om te veranderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Beschrijf de veranderingsstrategieën in het IOV-model.

A

We beantwoorden hier de vraag hoe de totale verandering te implementeren. We onderzoeken welke strategieën daarbij kunnen gevolgd worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Beschrijf de fasering van het veranderingsproces in het IOV-model.

A
  • het losweken van de huidige situatie
  • de beweging naar de gewenste situatie
  • het bereiken en handhaven van de nieuwe situatie
17
Q

Beschrijf het netwerk en instrumentatie in het IOV-model.

A

Welke instrumenten en welke individuen en groepen kan men inzetten om de verandering te doen slagen?

18
Q

Beschrijf de functionele relaties in het IOV-model.

A

Een verandermanager heeft vanuit zijn functie relaties met het hoger management, met stafmedewerkers,…

In deze fase wordt nagegaan hoe deze relaties kunnen onderhouden worden om er de veranderingsplannen uiteindelijk mee te kunnen doorvoeren.

19
Q

Beschrijf de evaluatie in het IOV-model.

A

Aan het eind van het veranderingsproces moet worden nagegaan of de nieuwe gewenste toestand ook is bereikt.

Een evaluatie is niet enkel achteraf belangrijk, maar ook tussentijds.