Boek 2 Hoofdstuk 13 Flashcards
Ontvangen
To receive
De voorouders
The ancestors
De onderhandeling
The negotiation
Blijkbaar
Apparently
Goed zijn in
To be good at
Vanzelf
By itself
De kennismigrant
The highly skilled migrant
Inhuren
To hire
De vergunning
The permit
De werkvergunning
The work permit
Registeren
To register
Geregistered staan
To be registrated
De referent
The sponsor
Overeenkomen
To agree
Gelden
To apply, to count
Aan de slag gaan
To get to work
In beslag nemen
To take time
To confiscate
Definitief
Final
Vereisen
To require
De vereiste
The requirement
De aanpassing
The adjustment
The adaptation
Zich aanpassen aan
To adapt
Het kabinet
The government
Van plan zijn om
To intend
Verkleinen
To decrease
De maatregel
The measure
The rule
De maatregel
The measure
The rule
De regeling
The regulation