A1-A2-17 Flashcards
I walk down street.
Ik loop over straat.
A paracetamol for headache
Een paracetamol tegen de hoofdpijn
The books are in the cupboard.
De boeken liggen in de kast.
The christmas is in the winter.
De kerst is in de winter.
I was born in 1986.
Ik ben geboren in 1986.
I am going on a holiday in august.
Ik ga op vakantie in Augustus.
I walk in the city
Ik loop in de stad.
I am/stand on my balcony
Ik sta op mijn balkon.
I sit on the table
Ik zit op de tafel
On Tuesdays I make videos
Op diensdag maak ik video’s.
On 25th december is christmas.
Op 25 december is kerst
I am on holiday
Ik ben op vakantie
The chairs are around the table.
De stoelen staan om de tafel.
I am going to sleep at 9.30 pm
Ik ga om 21.39 slapen
The gifts are under the christmas tree.
De cadeautjes liggen onder dd kerst boom
Kids below 18 are not allowed to buy alcohol.
Kinderen onder 18 jaar mogen gern alcohol kopen.
It is 4 degrees celsius below zero
Hey is vier graden onder nul
Among the other things
Onder andere
I live above a coffeeshop
Ik woon boven een coffeeshop
Safety first
Veiligheid boven alles
This video is for childeren above 12
Deze video is voor kinderen boven de 12 jaar
It is four grades above zero
Het is vier graden boven nul
The lamp hangs from the ceiling.
De lamp hangt aan het plafond
I live on the coast
Ik woon aan de kust
I study at the university
Ik studeer aan de universiteit.
I give lesson to students
Ik geef les aan studenten
The lamp is on
De lamp is aan
The lam is off
De lamp is uit
I am standing in front of the table
Ik sta voor de tafel
I am at the door
Ik sta voor de deur
We are going before 12
We gaan voor 12 uur weg.
I am behind the table
Ik sta acher de tafel
I am at my computer
Ik zit acher/ op mijn computer
I aupport you
Ik sta acher je
Kim is standing next to the door
Kim staat naast de deur
Aside from making videos
Naast video’s maken…
I am standing against the cupbard
Ik sta tegen de kast
My grandma is approaching 80
Mijn oma koopt tegen de 80
I am sitting by the window
Ik zit bij het raam.
I live close to the beach.
Ik woon dicht bij het strand.
I was at a (female) friend today.
Ik was vandaag bij een vriendin.
Do you have money on you?
Heb je geld bij je?
Then you can pay at the countrr
Dan kun je bij de kassa afrekenen
We meet between 12 and 12.30
We spreken af tussen 12 uur en half een
At noon I eat lunch
Tussen de middag eet ik lunch.
Is this staying between us,
Blijft dit tussen ons?
I am looking for a good book
Ik ben op zoek naar een goed boek.
I am looking outside
Ik kijk naar buiten.
Seee you in a week
Ik zie je over een week
It is quarter past 11
Het is kwart over 11
At the other side of the
Over de
I walk other side of the street
Ik loop over de straat
What is this video about?
Wat gaat deze video over?
This video is about propositions.
Deze video gaat over propositions
We travel through lat a
We reizen door lat a
I am driving theough a tunnel.
Ik rijd door een tunnel
The videos are made by kim.
De videos worden door kim gemaakt.
This book was written by k
Dit boek is door k geschreven.
This is because of you
Dit komt door jou.
Because of the bad weather we couldnt go to the beach.
Door het slechte weer, konden we niet naar het strand.
The party lasts untill 11 pm
Het feestje duurt tot 23 uur
Until now/so far everthing went well
Tot nu is alles goed gegaan.
Until next time!
Tot de volgende keer!
The yoghurt is valid until april 12
De yoghurt is goed tot 12 april
We go to exercise 8
We gaan tot opdracht 8
I’ll ride with you until antwerp
Ik rijd met je mee tot antwerpen
This plant is mine
Deze plant is van mij