6.6 PD spierziekten Flashcards

1
Q

kliniek van spierziekten

A

spierzwakte (iha proximaal), spieratrofie, lage reflexen, geen gevoelsstoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke lab onderzoek bij spierziekten

A

CK omhoog, TSH

soms: EMG, myositisblot, lactaat, FGF-21, spierbiopt

Genetische oorzaak waarschijnlijk: WES spierziekten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

zijn spierziekten zeldzaam>

A

ndividuele spierziekten (voorhoorn, zenuw, neuromusculaire
overgang, spier): ‘vrij zeldzaam’ maar als groep niet!

In NL: 200.000 - 300.000 mensen met ‘neuromusculaire ziekte’

Vergelijk bijv. met ziekte van Parkinson 50.000, MS 16.000

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

kenmerken duchenne muscular dystrophy (DMD)

A

progressieve proximale spierzwakte bij jongens

begin 3-5 jaar (minder goed hardlopen, vallen)

veelal rolstol >13 jaar

gedilateerde cardiomyopathie >13 jaar

later ademhalingsinsufficientie

door ademhalingsondersteuning en steroiden langere levensverwachting (nu > 30 jaar)

sterk verhoogd CK
X-recessief (locus: Xp21.2)
afwezigheid dystrofine
30% de novo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

kenmerken ziekte van becker (BMB)

A

beginleeftijd 10-50 jaar
10x minder frequent dan duchenne

vaker vallen, proximale zwakte, dikke kuiten, tenen lopen

cardiale klacgten kunnen voorkomen

variabeler beloop dan bij duchenne

x-gebonden recessief
CK sterk verhoogd
dystrofinopathie: dystrofine verminderd of veranderd aanwzig
DNA onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

kenmerken dystrofia myotonica

A

spierzwakte en myotonie

autosomaal dominant

beginleeftijd> 50 jaar: cataract
10-50 jaar spierzwakte en myotonie
<10 jaar: psychomotore retardatie

meer klachten in opeenvolgende generaties door expansie van CTG repeats op chr 19

multisysteem aandoening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

kenmerken fasio-scapulo-humerale spierdystrofie (FSHD)

A

spierzwakte: aangezicgt, schoudergordel (prominerende scgiyderbladen), bovenarmen

sterk wisselende ernst en beginleeftijd

autosomaal dominant

dna (chr 4)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kenmerken ziekte van pompe

A

metabole spierziekte

glycogeen stapelingsziekte (AR)
alfaglucosidase deficientie
klassieke vorm (begint <1jr) en niet klassieke vorm (>1-60jr)

eerste behandelbare erfelijke spierziekte (enzymtherapie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hoe behandeling ziekte van pompe

A

enzymtherapie (alfa glucosidase)= ERT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

kenmerken dermatomyositis (DM) en myositis (IMNM, antisythetase, overlap)

A

in weken tot maanden progressieve limb-girdle spierzwakte

soms slikklachten

soms van pijnlijke/ gevoelige spieren

soms malasie
huidverschijnselen (DM)

CK meesrel verhoogd
vaak specifieke autoantistoffen (myositis blot)
soms: spierbiopt

DM en myositis: check voor maligniteiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

kenmerken inclusion body myositis (IBM)

A

in maanden tot jaren progressief

meestal> 60 jaar, vaker bij mannen

zwakte bovenbenen, limb-grindle zwakte

zwakte vingerflexoren

soms slikklachten

CK bormaal of gering verhoogd

geen effect immunotherapie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly