2.5 PD cerebrale ontwikkeling en plasticiteit Flashcards
wat is SCN2a related epilepsy?
SCN2A mutaties relatief veel voorkomende genetische oorzaak van epilepsie
Verschillende mutaties in natriumkanaal kunnen leiden tot epilepsie
wat is syndroom van Bravet ?
SCN1A mutatie met loss of function
SCN1a gen codeert voor een spanningsafhankelijk natriumkanaal welke mn voorkomy in GABAerge interneuronen
verminderde werking natriumkanaal–> verminderde prikkelbaarheid GABAerge neuronen–> inhibitie neemt af–> disbalans excitatie en inhibitie
wat is de voltage clamp methode?
Voltage clamp methode
- Meet de stroom die nodig is om een bepaalde membraanpotentiaal aan een cel op te leggen
- krijg je een indruk van de biofysische eigenschappen van natriumkanaal (activatie en inactivatiecurve)
kunnen alleen mutaties die zorgen voor een gain of function zorgen voor epilepsie?
Sommige mutaties leiden tot gain of function en andere mutaties tot een loss of function. Kan beide leiden tot epilepsie
is het een loss of function of gain of function als activatiecurve naar rechts verschuift?
loss of function
(als activatiecurve naar rechts verschuift heb je grotere depolarisatioe nodig om ervoor te zorgen dat voldoende natriumkanalen open staan op actiepotentiaal te triggeren)
is het een loss of function of gain of function als inactiveren langzaam gaat?
gain of function
zijn natriumkanaal blokkers juist effectiever bij kinderen met vroege infantiele epilepsien (<3 mnd) of bij later optredende epilepsien?
het gebruik van natriumkanaalblokkers ging vaak gepaard met klinisch relevante vermindering van convulsies
vrijheid bij kinderen met vroege infantiele epilepsieën (<3 maanden),
natriumkanaalblokkers waren zelden effectief bij epilepsieën die later optreden (≥3 maanden)
hebben mutaties die geassocieerd zijn met vroege infantiele epilepsie vaker gain of function of loss of function?
Mutaties geassocieerd met vroege infantiele epilepsie resulteren in verhoogde natriumkanaalactiviteit met gain-of-function
- gekenmerkt door vertraging van snelle inactivatie, versnelling van het herstel of toegenomen persistentie
natrium stroom.
mutaties bij patiënten met laat optredende vormen en een onvoldoende respons op natriumkanaalblokkers zijn geassocieerd met loss of function
- depolariserende verschuiving van spanningsafhankelijke activering of
hyperpolariserende verschuiving van kanaalbeschikbaarheid (steady-state inactivatie)