5. Complexe pijn Flashcards

Theorie + Praktijk

1
Q

Wat is typisch kenmerkend voor nociplastische pijn (GLK)?

A

Lokalisatie: wijdverspreide pijn – NRS tussen 3/10 en 9/10 – pijnpatroon volgt
geen dermatomen
Kwaliteit van de pijn: zeurend, brandend – eerder spierpijnen – Overgevoeligheid
voor temperatuur
Gedrag: ‘s morgens wat stijf, verder afhankelijk van wat de patiënt doet, geen
rode draad – Altijd pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke schriftelijke zaken kan je in het TO inwerken bij complexe/nociplastische pijn?

A
  • Vragenlijsten: Central sensitization inventory, Tampa scale for kinesiophobie, pain catastrophizing scale
  • Dagboeken: activiteiten, slaap, stress
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke zijn kenmerkende aandoeningen voor centrale sensitisatie? (4)

A
  • CVS
  • Fibromyalgie
  • Chronische whiplash
  • PBS
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke aandoeningen kunnen centrale sensitisatie geven maar behoren niet tot de kenmerkende aandoeningen ervan? (7)

A
  • RA
  • Hoofdpijn
  • TMJ
  • Acute whipash
  • Artrose
  • Chronische LBP
  • Myofasciaal pijnsyndroom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke typische anamnestische kenmerken zien we bij centrale sensitisatie? (5)

A
  • Bilaterale pijn, symmetrisch
  • Wijdverspreid
  • Variërende pijn in locatie
  • Allodynie
  • Hypersensitiviteit licht, reuk, smaak, geluid, tast, koude/warmte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke zijn de verschillende behandelopties in de verschillende fases bij nociplastische pijn?

A

Fase 1: gezondheid stabiliseren

  • Activiteitenmanagement
  • Slaapmanagement
  • Stressmanagement
  • Pijneducatie (bij elke pt!!)

Fase 2: functioneringsniveau verbeteren

  • Graded activity
  • Graded exposure
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe gaan we stressmanagement aanleren bij een pt met centrale sensitisatie?

A
  • Educatie: stress is naast psychologisch, ook biologisch (fysiologische veranderingen)
  • Training: leren omgaan met stress of stressoren veranderen of vermijden
  • Graduele progressie, exposure
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe gaan we slaapmanagement aanleren bij een pt met centrale sensitisatie?

A
  • Slaaphygiëne: geen schermen voor slapengaan, geen maaltijden voor slapengaan,…
  • Cognitieve therapie: foute cognities ontkrachten: je MOET geen 8u per dan slapen
  • Relaxatie: voor slapen lichaam tot rust brengen
  • Slaaprestrictie: tijd dat pt in bed mag liggen beperken
  • Stimuluscontrole: associatie slaap-slaapkamer optimaliseren door niet-slaap activiteiten hier niet te doen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe gaan we activiteitenmanagement of pacing aanleren bij ptn met centrale sensitisatie?

A
  • Elke dag iets doen: niet op goeie dagen alles en slechte niets.
  • Activiteitendagpoek meegeven waarop inspanning gescoord wordt volgens tijd en intensiteit, dan elke dag evenveel punten doen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

In welke situaties zullen we graded activity voorschrijven en wanneer graded exposure?

A
  • Activity: bij vermijding omwille van pijn
  • Exposure: bij angst voor bewegen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe ga je bepalen hoeveel/hoelang een pt graded activity moet uitvoeren?

A
  • Vragen wanneer pt eerst pijn heeft tijdens activiteit (pijndrempel)
  • Vragen wanneer pt flare-up heeft (tissue tolerance drempel)
  • We nemen 20% van flare-up als basis: dus als pt na 15’ pijn heeft en max 60’ kan wandelen, zullen we 12’ wandelen.
  • Dit opbouwen over verschillende weken (traag), zo zijn we zeker dat er eigenlijk nooit schade is ookal is er veel pijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe communiceren we met een pt met centrale sensitisatie voor en na het uitvoeren van een oefening van graded exposure uitvoert?

A

Voor:

  • Wat verwacht je van deze oefening? Wat denk je dat er gaat gebeuren?
  • Wanneer ga je stoppen?

Na:

  • Wat is er gebeurd? Was het anders dan je verwachtte?
  • Zou je het nu anders aanpakken met wat je te weten gekomen bent?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe geven we thuisoefeningen bij ptn met bewegingsangst?

A

Oefeningen die we in de praktijk gedaan hebben herhalen maar met minder herhalingen. Zo zijn we zeker dat er geen weefselschade is als er pijn is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe gaan we bij graded exposure therapie het aantal herhalingen bepalen?

A
  • T toont oefening 1x voor en bevraagt verwachting van pt
  • T laat pt zelf het aantal herhalingen bepalen (moet uitdaging zijn voor pt)
  • Pt voert het aantal herhalingen uit dat hij op voorhand heeft gekozen
  • T gaat na of verwachting overeen kwam met de realiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe geven we educatie omtrent slijtage bij ptn met bewegingsangst?

A

‘motion is lotion’; ‘rust roest’; artrose is ‘normaal’ veroudering botten zoals rimpels veroudering huid zijn; artrose geeft niet per se pijn en pijn is niet per se artrose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly