2.6.3 De gesteentekringloop Flashcards

1
Q

Noem twee mogelijke kristalvormen van mineralen met een voorbeeld

A

Kubus (zout) en zeskantige vorm (amethist)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de drie hoofdsoorten van gesteente op aarde

A

1) Stollingsgesteente
2) Sedimentgesteente
3) Metamorfe gesteenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar is gesteente uit opgebouwd?

A

Een vaste stof die is opgebouwd uit mineralen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Oorspronkelijk werd de aarde gevormd uit … zoals … en …

A

stollingsgesteente, graniet en basalt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn voorbeelden van afzettings- of sedimentgesteenten? (4 logische, 3 andere)

A

Keien, grind, zand en klei

Kalk, veen en olie (resten van planten en dieren)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe gaat het proces van metamorf gesteente prcies?

A

sediment of stollingsgesteente komen in de grond terecht, steeds dieper. Daar ontstaat, vanwege de druk en hoge temperatuur een metamorfose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem voorbeeld van een metamorfose (3)

A

klei -> kleisteen -> leisteen
kalk -> kalksteen -> marmer
veen -> bruinkool -> steenkool

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef aan hoe het kan dat metamorf gesteente kan opsmelten

A

Bijvoorbeeld doordat ze bij een trog nog dieper in de ondergrond raken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly