13- Celbiologie 2 Flashcards
Gameten
geslachtscellen = zaadcellen / eicellen
Bevruchting
Versmelting zaadcel(is enkel een kern) met de kern van de eicel
Chromosomen
korte dikke draden in celkern > zijn dragers van erfelijke eigenschappen = Gen
Elke chromosoon is samengesteld uit honderden/duizenden achter elkaar gerangschikte genen, de genen die betrokken zijn bij de eiwitsynthese in ribosomen noemen we de structuurgenen
Chromosomen BESTAAT UIT
DNA
Genetica
erfelijkheidsleer
Celdeling
Gewone deling (mitose) reductiedeling(meiose)
Gewone celdeling(mitose):
Uit één lichaamscel onstaan twee dochtercellen.
De kern bevat een dubbel paar homologe(overeenkomstige) chromosomen
bij mitose hebben zowel de moeder kern als de nieuwe dochterkern een dubbel stel chromosomen en zijn verder ook volkomen gelijk
Interfase
fase die zich tussen mitosen bevindt (groeifase cel) - tijdens interfase zijn chromosomen lange dunne draden en maken een kopie van zichzelf
4 fase bij mitose:
Profase
Metafase
Anafase
Telofase
Profase
de verbubbelde chromosmen liggen nog verspreid en gekronkeld door de cel > ze gaan oprollen (spiraliseren) > worden kleiner en dikker
De chromosoom bestaat nu duidelijk in twee identieke delen: chromatiden > verbindings plaats heet het centromeer. Ook vormen twee tegenoverlkaar gelegen celpolen
Metafase
Kernwand verdwijnt > chromosomen verplaatsen zich afzonderlijk naar een vlak (equatorvlak) dat tussen de celpolen in hetmidden van de cel bevindt. Ze zijn nu middels trekdraden verbonden aan beide polen van de cel
Anafase
Trekdraden worden korter > chromatide van elke chromosoon worden naar de twee polen getrokken
Telofase
laatste stadium van mitose > nieuw gevormde chromosomen zijn bij polen aangekomen > er ontstaat een kernmembraan > er vormt zich een scheidingswand tussen de dochterkernen > twee nieuwe cellen ontstaan
Reductiedeling (meiose):
Uit één cel met dubbel aantal chromosomen ontstaan vier geslachtscellen > bestaat uit twee opeenvolgende delingen (meiose 1 & meiose 2) met weer 4 fasen.
Meiose 1: Moedercel deelt zich op in twee dochtercellen
Meiose 2: Elke dochtercel deelt zich weer in tweeën
4: Telofase: chromosomen worden over twee dochtercellen verdeeld maar ze blijven zelf ongedeeld en bestaan nog steeds uit twee chromatiden
Direct na meiose 1 vindt een tweede deling plaats meiose 2 : de nog niet verdeelde chromatiden worden nog eens over twee dochtercellen verdeeld > 4 cellen totaal
poollichaampjes
Van de 4 haploïde cellen die ontstaan wordt er maar één een eicel - de drie andere worden poollichaampjes > deze spelen verder geen rol en verdwijnen na een tijdje
Bij de meiose van een eicel ontstaan poollichaampjes
Carcinogene stof
kankerverwekkende stoffen
Cellen van hoger organisme hebben verschillende fasen:
- G1-Fase: na deling ontstane cel: celgroei en langste fase (tot enkele jaren) - bij zenuwcellen levenslang(delen niet)
- S-Fase: DNA verdubbeld
- G2-Fase: controle chromosomen op fouten en reparatie
- M-Fase(mitose): Duurt circa 1 uur
Bouw van het DNA
DNA bij eukarioten is sterk gewonden (om eiwitbolletjes “histonen” heen) en gevouwen.
Histonen
zijn specifieke eiwitten die als bouwstenen voor DNA dienen
Nucleotiden
bouwstenen DNA > Bestaat uit 3 moleculaire groepen
- Een suiker (desoxyribose)
- Een fosfaatgroep
- Een stikstofhoudende base
DNA bevat 4 verschillende soorten nucleotiden:
Adenine & Guanine = basen met dubbel ringstructuur
Cytosine & Thymine = hebben alleen ringstructuur
Leuning DNA
De “Leuning” is gevormd door herhalende reeks desoxyribose(een suiker) en een fosfaatgroep
“Treden” van DNA
worden gevormd door bindingen tussen Adenine(A) met Thymine(T) en Cytocine(C) met Guanine(G) > Ontstaan twee strengen die complementair zijn > verbonden middels waterstofbruggen
Moleculaire genetica
Wetenschap van biochemische basis van erfelijkheid
Erfelijk materiaal moet vermogen bezitten om erfelijke code op te slaan en aan nageslacht door te geven (zoals morsecode op strookje papier beschikt DNA over 4 verschillende tekens: de vier basen van de nucleotiden)