Werkgroep 8. You are what you eat Flashcards
1
Q
Karakteristieken anorexia nervosa
A
- significant laag gewicht
- angst om aan te komen
- verstoord zelfbeeld
- misbruik van laxeermiddelen, diuretica of dieetpillen
- overmatig sporten
- overslaan van maaltijden
- overgeven
- vasten
- obsessie met voedsel en calorieën
- eten volgens rituelen en eten voorbereiden
- laag zelfvertrouwen
2
Q
Karakteristieken boulimia nervosa
A
- angst om aan te komen
- zorgen over lichaam en gewicht
- controle verliezen over eten
- grote hoeveelheden voedsel in een keer eten
- misbruik van laxeermiddelen, diuretica of dieetpillen
- overmatig sporten
- overslaan van maaltijden
- overgeven
- vasten
- schaamte voelen
- walging voelen
- laag zelfvertrouwen
3
Q
Karakteristieken binge eating disorder
A
- overgewicht
- zorgen over lichaam en gewicht
- controle over eten verliezen
- veel voedsel in een keer eten
- schaamte voelen
- walging voelen
- laag zelfvertrouwen
4
Q
Epidemiologie anorexia nervosa
A
- Prevalentie: 0,5-1%
- Comorbiditeit: ⅔ is ook depressief. OCD en middelenmisbruik kan ook voorkomen. Restrictive-anorexia komt samen met anxiety disorder. Purging type komt vaker voor met borderline. Anorexia nervosa komt relatief vaak met self-harm.
- Gender ratio: vrouw:man 3:1 was vroeger 10:1
- Age of onset: 16-20 jaar oud
- Course of disease: 15% mortaliteit: 3% overlijdt door uithongering, 12% door suïcide. 10% blijft last hebben, 20% geneest gedeeltelijk, 50% geneest, maar toch blijft het altijd invloed hebben, moeilijke relatie met voeding.
5
Q
Epidemiologie boulimia nervosa
A
- Prevalentie: 1%
- Comorbiditeit: ⅔ heeft nog een depressie naast deze stoornis, OCD, middelenmisbruik
- Gender ratio: 9:1 vroeger, nu 3:1 vrouwen
- Age of onset: 16-20 jaar oud
- Course of disease: 70% herstelt van de diagnose maar het is vaak chronisch.
6
Q
Epideiologie binge eating disorder
A
- Prevalentie: 2-3,5%
- Comorbiditeit: ½ heeft nog een depressie naast deze stoornis
- Gender ratio: 2:1 vrouwen
- Age of onset: 30-50 jaar oud
- Course of disease: ⅔ wordt diagnose vrij maar blijven wel altijd een moeilijke relatie met eten hebben.
7
Q
Wat zijn de cross-over rates van de eetstoornissen?
A
Na anorexia nervosa kan boulimia nervosa volgen en na boulimia nervosa kan binge eating disorder volgen
8
Q
Genetische factoren
A
Anorexia is vaak erfelijk. Door de overloop ook een correlatie met boulimia.
Set-point: een bepaald gewicht dat je lichaam nastreeft.(geen sterk model)
Serotonine (geen sterk model)
9
Q
Sociaal culturele verklaringen
A
- Cultuur: ideaalbeeld van verschillende culturen hebben invloed op wat er verwacht wordt.
- Familie: Nadruk leggen, kritiek op gewicht en uiterlijk. Vaak vanuit moeder en/of oma, Familie heeft ongezonde relatie met eten, slechte communicatie en geen conflictresolutie met familieleden, Strenge regie in de familie dynamiek waardoor er geen gevoel van controle is, dit wordt dan gevonden in de (over-)controle van eten.
10
Q
Individuele factoren
A
- Homoseksuele mannen
- Geslacht: Vrouwen
- Gevoelsstemming: Slecht in je vel en negatieve gedachten
- Mislukte diëten
- Perfectionisme
- Seksueel misbruik: Weer controle terug krijgen over iets
- Overall: Mensen die het gevoel hebben dat ze minder/geen controle hebben gaan dan (over-) controle over eten nemen.
11
Q
behandeling AN
A
- CGT
- family based therapy
- refeeding
- meal plans
- verminderen van levensbedreigende situatie
- psycho educatie
12
Q
behandeling BN
A
- CGT
- meal plans
- alternatieve coping skills leren
- psycho educatie
13
Q
Behandeling binge eating
A
- CGT
- meal plans
- alternatieve coping skills leren
- psycho-educatie
14
Q
A