week 4, HC.10 - Kinderfracturen Flashcards

1
Q

waarom zijn kinderfracturen anders dan volwassen fracturen

A

boten zijn elastischer
het periost is dikker, stevger en actiever!!

kinderen hebben groeischijven
kinderen groeien nog
–> kinderen remodeleren nog!
fracturen consolideren sneller
kinderen kunnen andersoortig onderliggend lijden hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

torus fractuur

A

bultje op het bot, periost intact

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

greenstick fractuur arm

A

niet volledige fractuur, ene zijde breekt het periost en scheurt de cortex. Aan de andere kans buigt het periost alleen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

toddles fractuur

A

1-5 jaar oud

minimaal trauma, wil niet lopen, antalgische loop

Subtiele fractuur –> vaak pas zichtbaar als het bot reageert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

normale bouw van de groeischijf

A

centraal somiet in het midden primair ossificatiekern

uiteinden schaft secundaire ossificatiekern

daartussen de groeischijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

actiefste groeischijven onderste en bovenste ledenmaten

A

onderste –> rond de knie
bovenste –> schouder en pols

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

zones groeischijf

A

zone of reserve cartilage –> kant van het gewricht
- zone van proliferatie
- zone van hypertrofie (zone gaan dood)
- zone of gecalcificeerde kraakbeen –> mesichimale stamcellen zorgen hier voor aanmaak bot.
- zone van ossificatie

endochondrale verbening!!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

factoren van invloed op remodelering

A

rest-groeipotentieel van betreffende schijf
mate van dislocatie
richting van dislocatie
afstand tot groeischijf
stabiliteit
tijd verstreken sinds ongeval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

salter-harris classificatie

A

I –> kant waar al bot is –> in methafyse
II –> afbreken stukje methafyse
III –> breuk door schroeischijf (MOET anatomische repositie)
IV –> stukje van metafyse, en groeischijf afgebroken
V –> cruch door axiale druk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat te doen bij slater harris type I en II na 7-10 dagen

A

geen repositie meer uitvoering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

langeskiold procedure

A

benige verbinding tussen metafyse en epifuse weghalen –> minder dan 20% oppervlakte

weg fresen en vet terug plaatsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

comorbiditeiten kinderen in bot

A

aneurysmatische bot cyste
solitaire bot cyste

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

transitie fractuur

A

fractuur in 3 vlakken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

kindermishandeling signs

A
  • fractuur van een recentere datum dan een genezen fractuur
  • hematoom vorming (oorschelp
  • sigaret afdrukingen

torsie letstel van de extreminiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly