week 3, HC.5 - Heupfracturen

Question 1

LO bij heupfractuur

Answer 1

afwijkende stand –> exorotatie en verkorting

pijn in de lies

Question 2

radiologische bevindingen

Answer 2

verlies van hoogte collum
trochanter minor hoger
verlies boog dubbelcontour

Question 3

heupfractuur cijfers

Answer 3

30.000 per jaar
90% is ouder dan 65
75% vrouw

15% overleidt < 6 mnd, 35% < 1 jaar
meer vergrijzing = meer heupfracturen

Question 4

jonge mensen met en gedisloceerde femor kop fractuur hebben welke indicatie

Answer 4

spoed operatie –> Binnen 6 uur!!

Question 5

3 soorten heupfractuur + fractuur locatie

Answer 5

collum femoris –> intracapsulair
pertrochantere –> extracapsulair
subtrochantere –> extracapsulair

Question 6

dynamische heupschroef

Answer 6

schuifcomponent van de schroef binnen de huls

geeft compressie op de fractuur, juiste hoek cruciaal!

Question 7

gecannuleerde schroeven

Answer 7

mechanisme vergelijkbaar met dynamische heupschroef

positie parallel tov elkaar is cruciaal

word vaak gedaan bij jonge personen met stabiele fractuur

Question 8

extracapsulaire fractuur

Answer 8

intramedullaire fixatie, minder risico op uitbreken oesteosynthesemateriaal

plaatosteosynthese –> bij hele onstabiele fractuur

Question 9

complicaties operatieve behandeling

Answer 9

nabloedingen
wondinfecties
mal-union/non-union
delier/cognitieve achteruitgang

DVT - longembolie
pneumonie

Question 10

factoren keuze voor behandeling

Answer 10

leeftijd
mate van dislocatie
co-morbiditeit
behoefte directe belastbaarheid
mate van pre-exstente coarthrose (totale heup prothese)
vasculaire status

Question 11

prognostische factoren

Answer 11

leeftijd
co morbiditiet
medicatie
leefstijl –> roken
mate van dislocatie
mate van instabiliteit