Week 2: Infecties Flashcards
KOW Transplantatiegeneeskunde T6 - Week 2
Binnen welke tijden na transplantatie zijn de 3 periodes van infectie na transplantatie?
1ste periode: <1 maand
2e periode: 1 maand - 12 maanden
3e periode: >12 maanden
Welke 3 typen infecties horen bij de 1ste periode?
- Donor derived infecties
- Nosocomiale infecties
- Recipient derived infectie
Welke 2 typen infecties horen bij de 2e periode?
- Reactivatie latente infectie
- Opportunistische infecties
Welke 3 typen infecties horen bij de 3e periode?
- Community acquired
- Late intracellulaire infecties (bacterie, schimmel, virus, parasiet)
- Kanker (huid, PTLD)
Wat zijn donor derived infecties?
Infecties die meegetransplanteerd worden met het orgaan
- Vb. SARS, HIV, hepatitis A/B/C/E, West Nijl virus
Wat zijn CI’s gebaseerd op het voorkomen van donor derived infecties?
- Algemene CI’s: Identiteit onbekend, onbehandelde sepsis, actieve tuberculose, actieve virale infectie met rabiës/herpes zoster/rubella, anencefalie
- Relatieve CI’s: HIV, chronische Q-koorts, maligniteiten, onbekende doodsoorzaak, melanoom.
Wat zijn nosocomiale infecties?
“Gewone postoperatieve infecties” opgelopen in het ziekenhuis
- Vb. pneumonie, wondinfectie, flebitis infuus, etc.
Wat zijn recipient derived infecties?
Ziek worden van kolonisatie flora