W 12 HC.3 - Therapie van perifeer vaatlijden Flashcards
In welke laag van het bloedvat zit atherosclerose?
Intima
Wat is claudicatio intermittens?
Etalagebenen: klachten in de benen als gevolg ischemie na inspanning
5 jaars prognose bij claudicatio intermittens?
De patiënt: 20% mortaliteit waarvan 75% cardiovasculaire oorzaak, 20% niet fataal cardiovasculair event
Het been: 75% stabiel, 20% progressief, 5% kritiek
1 jaars prognose bij kritieke ischemie in de been?
25% amputatie
50% levend met twee benen
25% cardiovasculaire dood (5-jaar 50%)
Waaruit bestaat de preventie bij perifeer vaatlijden?
- Primaire preventie: voorkomen atherosclerose in de bevolking door informatie over levensstijl-verbetering (bijv. zout en suiker consumptie verlagen)
- Secundaire preventie: voorkomen van problemen van atherosclerose bij symptomatisch lijden, voorkomen van nog een event na het doormaken van MI of TIA
–> statine (cholesterol verlagen) en clopidogrel (antistolling)
Wat is het klachtenbeeld bij claudicatie?
Pijn in spieren (bil, dijbeen, kuit)
Pijn na inspanning –> minder in rust
Bij kritieke ischemie ook pijn in rust in het tenen of voet (níet de kuit)
Aanvullend onderzoek voor claudicatie?
- enkel/arm index (EAI)
- duplex
- CT angiografie (CTA)
- MR angiografie (MRA)
In welke gradaties wordt perifeer vaatlijden onderverdeeld?
Fontaine classificatie:
- I geen klachten
- II claudicatioklachten, a: niet invaliderend, b: validerend
- III rustpijn (‘s nachts pijn in tenen/voet)
- IV gangreen, wonden, weefselverlies
Eerste behandeling na aantonen perifeer vaatlijden met Fontaine II klachten en hoe kan dit tot verbetering vd klachten leiden?
Looptraining: oefensessie van 30 min, 3x per week, lopen tot pijngrens, halfjaar volhouden
–> klachten verbeteren door neovasculogenesis: er worden collateralen (omleidingen van de arteriën) gevormd
Looptraining is effectief: bij 50-70% toename van de loopafstand van 28-210%. Bij de invasieve therapie
Welke factoren wegen bij de keuze van behandeling bij een patiënt met perifeer vaatlijden?
- relatieve ernst van de klachten: iemand veel loopt en klachten heeft, zal een effectievere behandeling krijgen dan iemand die toch nooit loopt
- comorbiditeit: atherosclerose is een systeemziekte; mensen zijn minder fit voor behandeling + roken vaak; risico op COPD en slechte wondgenezing
Behandelingen bij Fontaine III en IV en hoe werken ze?
Percutane transluminale angioplastiek (PTA): dotteren, eventueel met stentplaatsing
- geschikt voor korte laesie, stenose, bereikbaar via lies
- hoe hoger in de been, hoe langer de levensduur
- na 2 jaar geen beter resultaat dan looptraining
Endatriectomie: het verwijderen van de intima en dus de atherosclerose van het vat
- Op buigpunten
Bypass chirurgie: van en naar open bloedvat
- van een vene (meestal vena saphena magna)
- van kunststof
Welk materiaal is het meest geschikt voor bypass in het been?
Vene is beter dan kunststof
- gaat langer mee
- minder kans op infectie
Wanneer kies je voor PTA en wanneer chirurgie?
Korte stenose: PTA, minder invasief en geen verschil in resultaten in vergelijking met chirurgie
Lange stenose:
- centraal: PTA
- perifeer: bypass, want betere resultaten